Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
H5 taalverzorging lastige werkwoorden
Welkom bij Nederlands!
Check:
Staat je telefoon uit en zit hij in de telefoonbak?
Liggen alle spullen die je nodig hebt op tafel?
Op tafel ligt:
Agenda
Pen
Lesboek
Schrift
Laptop (dicht)
1 / 22
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Cette leçon contient
22 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Welkom bij Nederlands!
Check:
Staat je telefoon uit en zit hij in de telefoonbak?
Liggen alle spullen die je nodig hebt op tafel?
Op tafel ligt:
Agenda
Pen
Lesboek
Schrift
Laptop (dicht)
Slide 1 - Diapositive
H3 Taalverzorging - spelling
H5 Taalverzorging - spelling
Na de lessen deze week...
kun je voltooide deelwoorden goed spellen.
kun je werkwoorden die beginnen met ge-, be-, ver, ont-, her- of over- goed spellen.
Doel
Slide 2 - Diapositive
Maandag 30 mei:
H3, taalverzorging (spelling): opdr. 1 t/m 3 (blz. 84/85)
H5, taalverzorging (spelling): opdr. 1 t/m 3 (blz. 136/137)
Huiswerk
Slide 3 - Diapositive
Je kunt lastige werkwoorden goed spellen.
Doel
Slide 4 - Diapositive
Wat vind jij?
Als je de middelbare school hebt doorlopen, moet je een tekst kunnen schrijven zonder fouten te maken in werkwoordspelling.
Nee, daar ben ik het niet mee eens.
Ja, daar ben ik het mee eens.
Slide 5 - Sondage
Maar we begrijpen toch allemaal wat er staat?
- Waarom is (werkwoord)spelling dan wel belangrijk?
- Noem een voorbeeld van een situatie waarin het belangrijk is om werkwoorden goed te spellen.
Slide 6 - Question ouverte
Maak de opdracht. Kies het werkwoord dat goed gespeld is.
Tom ______________ veel geld. (verdienen)
Mijn moeder heeft koffie ____________. (bestellen)
Sarah ____________ de vraag. (beantwoorden)
Er is een ongeluk ___________. (gebeuren)
verdient
verdiend
bestelt
besteld
beantwoordt
beantwoord
gebeurt
gebeurd
Slide 7 - Question de remorquage
Tom
verdient
veel geld.
Mijn moeder
bestelt
koffie.
Sarah
beantwoordt
de vraag.
Er
gebeurt
een ongeluk.
Tom
heeft
veel geld
verdiend
.
Mijn moeder
heeft
koffie
besteld
.
Sarah
heeft
de vraag
beantwoord
.
Er
is
een ongeluk
gebeurd
.
Lastige werkwoorden
Slide 8 - Diapositive
Tom
verdient
veel geld.
Mijn moeder
bestelt
koffie.
Sarah
beantwoordt
de vraag.
Er
gebeurt
een ongeluk.
Tom heeft veel geld
verdiend
.
Mijn moeder heeft koffie
besteld
.
Sarah heeft de vraag
beantwoord
.
Er is een ongeluk
gebeurd
.
Lastige werkwoorden
Beide versies komen voor in het Nederlands!
Als je praat, hoor je hetzelfde. Als je schrijft, is er een verschil.
Slide 9 - Diapositive
Je hersenen kijken naar welk woord
het vaakst
voorkomt.
Er _______ een ongeluk. (gebeuren)
Gebeurd of gebeurt?
Gebeurd
komt vaker voor.
Dus je hersenen kiezen voor
gebeurd
.
Maar dat is helaas niet goed!
Er
gebeurt
een ongeluk.
Wat doen je hersenen?
Slide 10 - Diapositive
Er zijn werkwoorden die je op meerdere manieren kunt schrijven.
Soms schrijf je
gebeurd
, en soms schrijf je
gebeurt
.
Je kunt je hersenen en je gevoel niet altijd vertrouwen!
Werkwoordspelling
Slide 11 - Diapositive
Kijk goed of het werkwoord een
persoonsvorm
of
voltooid deelwoord
is.
Er _______ een ongeluk. (gebeuren)
Vraagproef of tijdproef: persoonsvorm
Ik-vorm + t, dus je kiest voor
gebeurt.
Er
gebeurt
een ongeluk.
Hoe dan wel?
Help!
Als je de regels voor werkwoordspelling niet meer (precies) weet, gebruik dan het schema.
Slide 12 - Diapositive
Is het werkwoord dat op de streep komt te staan een persoonsvorm of voltooid deelwoord?
Luc heeft zijn voorsprong op allerlei manieren __________ (verdedigen).
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
Slide 13 - Quiz
Help!
Gebruik de vraagproef of tijdproef.
Is het de persoonsvorm?
Ja » je schrijft ik-vorm, ik-vorm + t of hele werkwoord.
Nee » maak het woord langer.
Hoor je -d-, dan schrijf je -d. Hoor je -t-, dan schrijf je t.
Luc heeft zijn voorsprong op allerlei manieren ___________.
verdedigt
verdedigd
Slide 14 - Question de remorquage
Is het werkwoord dat op de streep komt te staan een persoonsvorm of voltooid deelwoord?
Wie __________ (bepalen) eigenlijk de opstelling van het team?
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
Slide 15 - Quiz
Help!
Gebruik de vraagproef of tijdproef.
Is het de persoonsvorm?
Ja » je schrijft ik-vorm, ik-vorm + t of hele werkwoord.
Nee » maak het woord langer.
Hoor je -d-, dan schrijf je -d. Hoor je -t-, dan schrijf je t.
Wie _____________ eigenlijk de opstelling van het team?
bepaalt
bepaald
Slide 16 - Question de remorquage
Help!
Gebruik de vraagproef of tijdproef.
Is het de persoonsvorm?
Ja » je schrijft ik-vorm, ik-vorm + t of hele werkwoord.
Nee » maak het woord langer.
Hoor je -d-, dan schrijf je -d. Hoor je -t-, dan schrijf je t.
Tijdens de Landmachtdagen heeft Flinn een tank _____________.
bestuurt
bestuurd
Slide 17 - Question de remorquage
Let op!
Dit is een samengestelde zin, dus er zijn twee persoonsvormen.
Help!
Gebruik de vraagproef of tijdproef.
Is het de persoonsvorm?
Ja » je schrijft ik-vorm, ik-vorm + t of hele werkwoord.
Nee » maak het woord langer.
Hoor je -d-, dan schrijf je -d. Hoor je -t-, dan schrijf je t.
Omdat de aarde opwarmt, _____________ het klimaat in Nederland.
verandert
veranderd
Slide 18 - Question de remorquage
Je kunt werkwoorden die beginnen met ge-, be-, ver, ont-, her- of over- goed spellen.
Doel
Slide 19 - Diapositive
Wat?
H5, taalverzorging (spelling): opdr. 1 t/m 3 (blz. 136/137)
H3, taalverzorging (blz. 84/85): opdr. 2 en 3
Hoe?
Boek + schrift
Klaar?
Nakijken
Oefentoets lezen en woordenschat (voorin)
Leren woordenlijst (zie SOM toets 31 mei)
Heb je hulp nodig?
Kijk eerst naar het stoplicht.
Rood?
Stil.
Stel je vraag aan de docent (alleen als je echt niet verder kunt).
Geel?
Fluisterniveau.
Vraag diegene naast je.
Groen?
Fluisterniveau.
Vraag diegene naast je of de docent.
Aan het werk
timer
1:00
Slide 20 - Diapositive
Na deze les...
kun je werkwoorden die beginnen met ge-, be-, ver, ont-, her- of over- goed spellen.
Doel
Slide 21 - Diapositive
Volgende les
Maandag 30 mei: weektaak af
H3, taalverzorging (spelling): opdr. 1 t/m 3 (blz. 84/85)
H5, taalverzorging (spelling): opdr. 1 t/m 3 (blz. 136/137)
Dinsdag 31 mei:
Toets lezen en woordenschat H4 (2x)
Slide 22 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
H5 taalverzorging - lastige werkwoorden
Mai 2022
- Leçon avec
24 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Taalverzorging ww-spelling vd 2e les (voor Britt)
Janvier 2023
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Taalverzorging ww-spelling vd moeilijke vormen
Octobre 2023
- Leçon avec
21 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Taalverzorging ww-spelling vd 2e les
Janvier 2023
- Leçon avec
21 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
week 20: H5 lastige werkwoorden
Mars 2022
- Leçon avec
33 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
H5 taalverzorging - lastige werkwoorden
Juin 2022
- Leçon avec
12 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Werkwoordspelling
Avril 2024
- Leçon avec
21 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Do 28 sept. werkwoordspelling
Novembre 2021
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4