Schrijven Argumenteren

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Schrijven: Argumenteren

Wat is een drogreden?

Onjuiste argumenten.

Argumenten die niet kloppen.

In welke tekst komen argumenten voor?

1. instructie
2. advertentie
3. betoog
4. informatie

Beeldspraak

Om je tekst levendig te maken kun je gebruik maken van figuurlijk taalgebruik. Je schrijft niet letterlijk wat je bedoelt, maar probeert een beeld op te roepen. De lezer 'ziet' voor zich wat je bedoelt. Zo stop je er meer gevoel en kleur in. 

Je kunt schrijven dat iemand boos is, maar je kunt ook schrijven dat iemand kookte van woede en dat de stoom uit zijn oren kwam.

Je kunt schrijven dat mensen liever met de auto naar hun werk gaan, maar je kunt ook schrijven dat mensen liever met hun heilige koe naar hun werk gaan.

Taalblokken bouwsteen 6

• Ga naar Bouwstenen 3F. Kies Bouwsteen 6 Schrijven
• Lees de theorie op pagina 1.
• Maak de opgaven 1 tot en met 3 in 3 minuten.

Smartphone te koop

Je bent gevraagd een  

reclamekreet te schrijven 

voor de smartphone op het plaatje. 

Bedenk voor wie je vooral schrijft.

Bedenk een reclamekreet met een argument waarom iemand de smartphone beslist moet kopen.

Wat is jouw reclamekreet (met argument) voor de smartphone?

Taalblokken bouwsteen 6

• Ga naar Bouwstenen 3F. Kies Bouwsteen 6 Schrijven
• Ga naar pagina 3. Lees de tekst en maak opgave 7 en 8 in 5 minuten.

Noem twee argumenten tegen bingewatchen.

- vermoeidheid

- slecht slapen

- slapeloosheid

- minder alert

- mindere prestaties

- veranderingen in immuunsysteem

- te weinig beweging

Naar jouw mening staan er te weinig bankjes op het plein voor jullie school. Je besluit hierover een overtuigende e-mail naar de directie te sturen.
Wat schrijf je in de inleiding? (denk aan opbouw van de tekst)

Schrijf nu twee feitelijke argumenten op waarom jij vindt dat er meer bankjes voor de school moeten staan.

In het slot vraag je de lezer om een concrete actie. Welke?

Herhaal je standpunt eerst

Situatie

Je hebt een pakketje besteld en bericht gekregen dat het vanmorgen tussen 8.00 en 10.00 uur bezorgd wordt. Om 12.00 uur is het pakketje nog niet bezorgd en je ziet op de site van de pakketdienst dat de bezorger heeft gemeld dat er niemand thuis was. Maar je was wel thuis! Je meldt dit en krijgt bericht dat het pakketje opnieuw tussen 16.00 en 18.00 uur zal worden aangeboden. Het is nu 20.00 uur en je pakketje is nog steeds niet bezorgd.

Je dient een klacht in op de site van de pakketdienst.

Wat is het doel van je klacht?

Hoe zou je je mening met argumenten formuleren over deze klacht?

Welke oplossing stel je voor?

Huiswerkopdracht

• Open IL → Bronnen → Generiek → NED → inleveropdrachten → Schrijfopdracht Argumenteren
• Lees de opdracht goed. Je kunt hem ook in Taalblokken vinden: Bouwsteen 6 Schrijven pagina 8
• Lever de opdracht deze week in Its Learning in.