Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Du hast 3 min für:
Je hebt 3 min om:
te gaan zitten
jas uit
oortjes uit
mobiel in je tas
laptop gesloten op tafel
boek/schrift/pen op tafel
timer
3:00
Slide 2 - Diapositive
Was machen wir heute?
Erklärung Modalverben
Selbständig arbeiten
Sehen/Hören
Abschluss
Slide 3 - Diapositive
Lernziel
Aan het einde van de les kan je het modale hulpwerkwoord van ik kan, ik mag en ik vind leuk in het Duits opnoemen, doordat je de opdrachten hebt gemaakt.
Slide 4 - Diapositive
Erklärung modale hulpwerkwoorden
dürfen, können, mögen
Wat is een modaal hulpwerkwoord?
Met modale hulpwerkwoorden kun je aangeven of iets wenselijk of mogelijk is.
Let op!!!! dürfen betekent in het Duits toestemming hebben, dus niet durven.
Let op!!! mögen betekent houden van/leuk vinden, lusten/lekker vinden, dus niet mogen.
Dit zijn Falsche Freunde
Slide 5 - Diapositive
Samenvatting modale hulpwerkwoorden
bij wir, ihr, sie/Sie regelmatig. Je gebruikt esttenten
geen uitgang bij ich, er/sie/es
bij können, dürfen, mögen wordt de klinker een -a
können ö=a (ich kann)
dürfen ü=a (ich darf)
mögen ö=a (ich mag)
Slide 6 - Diapositive
Beispiele
dürfen----> Danny.........................auf die Fete. Danny mag naar het feest.
können---> Er.........................gut Englisch. Hij kan goed Engels.
mögen---> Ich...............Spinat. Ik vind spinazie lekker.
Slide 7 - Diapositive
Selbständig arbeiten
- Wat: Online Kapitel 4.1 en 4.2
- Hoe:
Alleen
De eerste 15 minuten niet praten en geen vragen. Daarna mag je vragen stellen en fluisteren.
- Klaar: Schrijf de woordjes van Lektion 1 herhaaldelijk op. NL-DU en DU-NL
timer
15:00
timer
10:00
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Was hast du heute gelernt?
Hoe zeg je: ik kan, ik mag en ik vind leuk in het Duits?
Slide 10 - Diapositive
Hausaufgaben
Afmaken:
Kapitel 4.1,
opdracht 9a (vertaal),
9b (vul de juiste vorm in, kijk naar het schema aan de linkerkant)
10, (vul de juiste vorm in, kijk naar het schema aan de linkerkant)
11a, 12
Kapitel 4.2, opdracht 2, en kies 3 of 7
Lernen: Wörter Lektion 1 + 2 auf Seite 44. NL-D und D-N