2HV_Chapitre 2_CDF WP2324

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Programme

D. Grammaire: ik ken de plaats en vorm van het bijv. nw.

C. Parler: ik kan mijzelf, mijn familie en huisdieren beschrijven.

Jeu: 3 waarheden en 1 leugen

F. Lire: Maisons des stars

Grammaire: bijv. nw.

Le lapin est petit

La tortue est verte

Les lapins sont mignons

Les tortues sont lentes

In het Frans passen bijvoeglijke naamwoorden zich aan, aan het zelfstandig naamwoord waar ze iets over zeggen.

	mannelijk	vrouwelijk
ev	-	e
mv	s	es

Noteer op p. 70

Onregelmatige vormen

Plek

Het bijvoeglijk naamwoord staat meestal achter het zelfstandig naamwoord. Behalve:

Exemples

Nous avons une grande maison. > komt ervoor + vrouwelijk

J'ai un petit lapin > komt ervoor + mannelijk

Il a un chien intelligent > komt erachter + mannelijk

J'ai une copine française > komt erachter + vrouwelijk

Ecoute: exercice 13e

Famille	Caractère
Animaux	Activité

Phrases-clés C

Bedenk zoveel mogelijk woorden per categorie.

Gebruik de woorden van Chapitre 2 (p. 88-89)

Gebruik de alfabetische woordenlijst achter in je boek (p. 172)

Parler de sa famille

Phrases-clés C p. 68

Vervang de schuingedrukte woorden. 

Laat het gesprekje horen aan de klas (flippity)

3 waarheden + 1 leugen

1. J'ai un frère, deux demi-frères et une demi-soeur.
2. Mon frère s'appelle Stef.
3. J'ai un grand chien noir.
4. J'aime jouer au hockey.

Domein: 3 waarheden + 1 leugen

Exercice 23: Choisis une star et cherche sur Internet où elle habite.