H5.3 Europa: klimaten en begroeiing (deel 2)

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Europa:

klimaten en begroeiing (2/2)

Quiz

Werken aan opdrachten

Par 5.1: Door de invloed van de Golfstroom is het in Nederland in de winter ...

1. minder koud
2. kouder

Par 5.1: Uit welke richting kwam (meestal) de wind in februari?

1. zuidwesten
2. noordoosten
3. zuiden
4. noorden

Par. 5.2: Hooggebergte

1. zachtgolvend gebied op meer dan 500 m hoogte
2. gebied met hoogte tussen 200 m en 500 m
3. gebied met bergen hoger dan 1.500 m
4. gebied met bergen hoger dan 2.000 m

Par. 5.2: Aan de loefzijde van een berg valt ... regen dan aan de lijzijde.

1. minder
2. meer

Reliëf en neerslag

stuwingsregens

Par 5.3: In Nederland hebben we een ...

1. Landklimaat
2. Toendraklimaat
3. Zeeklimaat
4. Middellands Zeeklimaat

Par 5.3: In het Zeeklimaat bestaat de vegetatie/begroeiing vooral uit ...

1. Naaldbomen
2. Mossen
3. Grassen
4. Loofbomen

Par. 5.3: Wat is het belangrijkste verschil tussen het Zeeklimaat en het Middellandse Zeeklimaat

1. Het MZ is warmer
2. In het MZ zijn de zomers droog
3. In het MZ valt bijna geen neerslag
4. In het MZ zijn de temp. verschillen groter

Werken aan opdrachten

Maak de opdrachten van paragraaf 5.3

Als je daarmee klaar bent: Werk verder volgens de studiewijzer.

Huiswerk: Maak de opdrachten van paragraaf 5.3