4.4 Stoffen veranderen door ontleden

4.4 Stoffen veranderen door ontleden
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

4.4 Stoffen veranderen door ontleden

Slide 1 - Diapositive

Programma
Activiteit
Doel
Tijdsduur
-Huiswerk nakijken
Reflecteren op vorige leerdoelen
10 min
-Formatieve check
10 min
-Ontledingen
Nieuwe leerdoelen introduceren
20 min
-Verbindingen
10 min
-Oefenen
Nieuwe leerdoelen verwerken
30 min

Slide 2 - Diapositive

Oefeningen nakijken
Ik loop langs om te controleren of je je spullen bij je hebt en of de oefeningen gemaakt zijn.

De antwoorden staan in het eerste tabblad van de Studiewijzer in Magister.
timer
10:00

Slide 3 - Diapositive

Reflecteren op vorige leerdoelen
Klik op de link om naar een nieuwe les te gaan, hierbij kan je zelf feedback geven op je leerdoelen:

Slide 4 - Diapositive

Leerdoelen
Wat behandelen we vandaag?

  • Je kunt drie typen ontledingsreacties noemen en aangeven welke soort energie er nodig is voor elk type.
  • Je kunt voorbeelden geven van ontledingsreacties.
  • Je kunt zuivere stoffen onderverdelen in ontleedbare stoffen en niet-ontleedbare stoffen.
  • Je kunt op basis van de formule van een stof aangeven of deze een ontleedbare of niet-ontleedbare stof is.

Slide 5 - Diapositive

Wat weten we nog van ontledingsreacties?

Slide 6 - Carte mentale

Ontledingsreactie
Ontledingsreactie gebeurt als er genoeg energie is en er geen zuurstof is.

Een ontledingsreactie heeft altijd:
  • 1 beginstof
  • 2 of meer reactieproducten

Reactieschema:
beginstof (fase) → reactieproducten (fase)

Voorbeeld:
Papier (s) → koolstof (s) + water (l) + witte rook (g)

Slide 7 - Diapositive

Welke reacties zijn ontledingsreacties?
1. 4 C₃H₇NO₂ + 19 O₂ → 12 CO₂ + 14 H₂O + 2 N₂
2. 2 H₂S + 4 O₂ → 2 SO₂ + 4 H₂O
3. 2 NH₄Br → N₂ + 2 H₂ + Br₂
4. Fe₂O₃ + 3 C → 3 CO + 2 Fe
5. 6 CON₂H₄ → C₃N₆H₆ + 3 CO₂ + 6 NH₃

Slide 8 - Question ouverte

Ontledingsreacties
Ontledingsreacties:
Altijd één beginstof en twee of meer reactieproducten!

Drie manieren om stoffen te ontleden:
  • met behulp van licht → fotolyse
  • met behulp van warmte → thermolyse
  • met behulp van elektrische energie → elektrolyse

Slide 9 - Diapositive

Thermolyse
Wanneer je stoffen gaat ontleden door middel van hitte, noem je dit thermolyse.

Voorbeelden van thermolyse:
  • aanbranden van je brood
  • zwart vlees op de bbq
  • ontleding van suiker

Slide 10 - Diapositive

Elektrolyse
Wanneer je stoffen gaat ontleden door middel van elektrische energie, noem je dit elektrolyse.

Water ontleden met het toestel van Hoffman:
  • Ontstaan waterstof en zuurstof
  • Die stoffen kun je aantonen met een aantoningsreactie!
  • waterstof aansteken = piepgeluid
  • zuurstof + gloeiend houtje = feller gloeien

Slide 11 - Diapositive

Fotolyse
Wanneer je stoffen gaat ontleden door middel van licht, noem je dit fotolyse.

Voorbeelden van fotolyse:
  • Geel worden van oude foto’s
  • ontleding waterstofperoxide

Slide 12 - Diapositive

In de verbrandingsmotor van een raceauto reageert de brandstof met zuurstof uit de lucht. Door extra zuurstof toe te voegen kan de auto harder rijden. Deze extra zuurstof kan worden geleverd door lachgas (N2O). Lachgas wordt vloeibaar gemaakt en opgeslagen in een tank, die in de auto wordt bevestigd. Door op een knop te duwen, wordt lachgas vanuit de tank in de motor gebracht. Bij de hoge temperatuur in de motor ontleedt het lachgas vervolgens tot stikstof en zuurstof.

Geef de naam van het type ontleding dat plaatsvindt in de motor.
A
Thermolyse
B
Elektrolyse
C
Fotolyse
D
Geen idee

Slide 13 - Quiz

Geef de kloppende reactievergelijking voor de thermolyse van suiker (C₆H₁₂O₆) hierbij ontstaan koolstof (C), waterstof (H₂) en zuurstof (O₂).

Slide 14 - Question ouverte

Wat zijn verbindingen en enkelvoudige stoffen?
Alle stoffen op de wereld zijn ofwel mengsels ofwel zuiver.

Zuivere stoffen onder te verdelen in 2 groepen:
  • Verbindingen (ontleedbare stoffen)
  • Enkelvoudige stoffen (niet-ontleedbare stoffen)

Slide 15 - Diapositive

Wat zijn verbindingen?
Verbindingen = moleculen die bestaan uit meerdere atomen
bijvoorbeeld: koolstofdioxide, water, glucose, methaan

Ontleedbaar = de verbinding is te breken in meerdere atomen.


Slide 16 - Diapositive

Wat zijn enkelvoudige stoffen?
Enkelvoudige stof = stoffen die maar uit een enkel atoom bestaan.

Bijv.: alle metalen (Fe, Cu, Au) komen altijd maar als enkele atomen voor. Maar ook koolstof (C) komt vaak enkel voor.

Niet-ontleedbaar = niet af te breken in losse atomen.

Slide 17 - Diapositive

Uitzonderingen
Er zijn 7 enkelvoudige stoffen die wel uit meerdere atomen bestaan.

Deze komen in de natuur altijd in paren voor, ze kunnen niet verder
ontleed worden.

Ezelsbruggetje:
Claartje Fietst Naar Haar Oma In Breda (2x)
Cl             F           N       H        O        I    Br


Slide 18 - Diapositive

Zet de juiste stoffen bij de juiste term.
Verbindingen
Enkelvoudige stoffen
CH4
Fe
C6H12O6
Br2
H2O
C2

Slide 19 - Question de remorquage

Oefenen
We gaan nu gedifferentieerd oefenen met leerdoelen die passen bij deze paragraaf.

Elk leerdoel heeft makkelijke, gemiddelde en moeilijke opgaven. Aan jou zelf nu de taak om te bepalen op welk niveau jij de oefeningen wilt maken.

Let op! Om de leerdoelen echt goed te beheersen moet je in staat zijn om de moeilijke oefeningen goed te maken.

Slide 20 - Diapositive

Oefeningen
Wie?
Zelfstandig of duo's in rust.
Wat?
Hoe?
Vragen op Chromebook, antwoorden op papier.
Hulp?
Docent
Tijd?
Tot 5 minuten voor eindtijd.
Uitkomst?
Je beheerst de gestelde leerdoelen.
Klaar?
Huiswerk:
Hoofdstuk 4 paragraaf 4: 
1 t/m 12

Slide 21 - Diapositive

Welke leerdoelen beheers je nu?
Deze leerdoelen beheers ik nu al
Deze leerdoelen beheers ik nog niet. Dus ga ik hier nog mee verder oefenen/lezen. Anders vraag ik hulp aan de docent.
Je kunt drie typen ontledingsreacties noemen en aangeven welke soort energie er nodig is voor elk type.
Je kunt zuivere stoffen onderverdelen in ontleedbare stoffen en niet-ontleedbare stoffen.
Je kunt op basis van de formule van een stof aangeven of deze een ontleedbare of niet-ontleedbare stof is.
Je kunt voorbeelden geven van ontledingsreacties.

Slide 22 - Question de remorquage