Taalverzorging - test

Nederlands 
Woensdag 18 mei

1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Nederlands 
Woensdag 18 mei

Slide 1 - Diapositive

Programma
1. Lezen
2. Uitleg
3. Aan de slag 
4. Nabespreken

Slide 2 - Diapositive

Lezen
timer
10:00

Slide 3 - Diapositive

Meervouden
Veel zelfstandige naamwoorden hebben een meervoud.

Dit meervoud kan op verschillende manieren worden gevormd: 
- meervoud op -en/-ën 
- meervoud op 's
- meervoud op -s


Slide 4 - Diapositive

Woorden die eindigen op -ie krijgen in het meervoud -ën. Als de klemtoon op de ie valt komt er een extra e bij. 

Knie - knieën                  Drie - drieën
Bacterie - bacteriën     Kolonie - koloniën

Woorden die eindigen op -ee krijgen in meervoud ën
Zee - zeeën


Slide 5 - Diapositive

Meervoud -ën
Schrijf het meervoud op van:
  1. drie
  2. epidemie
  3. porie
  4. genie
  5. bacterie
  6. categorie
  7. kolonie

Slide 6 - Diapositive

Meervoud -ën
Schrijf het meervoud op van:
  1. drieën
  2. epidemieën
  3. poriën
  4. genieën
  5. bacteriën
  6. categorieën
  7. koloniën

Slide 7 - Diapositive

Welke meervoudsregel hoort erbij?


pandemie
A
meervoud op -ën
B
meervoud op -s
C
meervoud op -'s
D
geen meervoud

Slide 8 - Quiz

Als een zelfstandig naamwoord eindigt op -ie, komt er in het meervoud -ën achter als de klemtoon wel/niet op -ie valt.
A
wel
B
niet

Slide 9 - Quiz

Welke meervoudsregel hoort erbij?



reparatie
A
meervoud op -en
B
meervoud op -s
C
meervoud op -ën
D
Geen meervoud

Slide 10 - Quiz

Welke woorden krijgen in het meervoud -ën erbij?
A
Zee
B
Epidemie
C
Bacterie
D
Melodie

Slide 11 - Quiz

Welke meervoudsregel hoort erbij?



fee
A
meervoud op -en
B
meervoud op -ën
C
meervoud op -'s
D
Geen meervoud

Slide 12 - Quiz

Woorden die eindigen op -ee krijgen -ën in het meervoud.
A
Ja, bijvoorbeeld logee. Dit wordt logeeën.
B
Ja, bijvoorbeeld idee. Dit wordt ideeën.
C
Nee, zij krijgen alleen een -n.
D
Nee, zij krijgen alleen een trema.

Slide 13 - Quiz

Meervoud
A
garages
B
garage's

Slide 14 - Quiz

Meervoud
A
taxis
B
taxi's
C
taxies
D
taxie's

Slide 15 - Quiz

Meervoud
A
dominee's
B
dominees

Slide 16 - Quiz

Aan de slag 
Maak de eerste 3 opdrachten die voor jou openstaan.
We bespreken ze later door met elkaar! Heb je een vraag? Steek dan je vinger op.

Slide 17 - Diapositive

Dan nu.. Zelfstandig aan de slag!
timer
15:00

Slide 18 - Diapositive

Meervoud -ën
Schrijf het meervoud op van:
  1. drie
  2. epidemie
  3. porie
  4. genie
  5. bacterie
  6. categorie
  7. kolonie

Slide 19 - Diapositive

Meervoud -ën
Schrijf het meervoud op van:
  1. drieën
  2. epidemieën
  3. poriën
  4. genieën
  5. bacteriën
  6. categorieën
  7. koloniën

Slide 20 - Diapositive

Dat was 'm weer 

Slide 21 - Diapositive