5H 11.3 Bloeddruk en stroomsnelheid

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
11.3 Bloeddruk en stroomsnelheid
Deze les:
- Bloeddrukmeting
- Bloeddruk, bloedvolume en stroomsnelheid


1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
11.3 Bloeddruk en stroomsnelheid
Deze les:
- Bloeddrukmeting
- Bloeddruk, bloedvolume en stroomsnelheid


Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

De druk in de manchet is nu hoger dan die in de slagader

Slide 4 - Diapositive

De druk in de manchet is nu ietsje lager dan de systolische druk waardoor deze zich er doorheen kan persen

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Bloeddruk - hart

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Bloeddruk - andere bloedvaten

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Bloeddruk is de druk op de vaatwanden en ontstaat door samentrekken van hartkamers
1
2
3
4
Noteer de nummers en zet erachter of de bloeddruk hoog of laag is

Slide 12 - Diapositive

BINAS 84E: Neemt de doorsnede-oppervlak van de bloedvaten toe of af naarmate het bloed van het hart afstroomt?

Slide 13 - Question ouverte

BINAS 84E: Neemt de stroomsnelheid van het bloed toe of af naarmate het bloed van het hart afstroomt?

Slide 14 - Question ouverte

BINAS 84E: Neemt de bloeddruk van het bloed toe of af naarmate het bloed van het hart afstroomt?

Slide 15 - Question ouverte

Variatie in bloeddruk en stroomsnelheid

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Bloeddruk verschilt per persoon

Slide 19 - Diapositive

Je bloeddruk wordt ook beïnvloed door bv stress of activiteit. Hoe gaat daardoor de bloeddruk omhoog?
A
De spieren rondom de slagaders trekken samen
B
Het hart gaat meer druk zetten
C
De spieren rondom de slagaders ontspannen
D
Het bloedvolume wordt meer

Slide 20 - Quiz

Wanneer je last hebt van een lage bloeddruk, val je sneller flauw. Hoe komt dat?

Slide 21 - Question ouverte

De druk in de rechter tuinslang is hoog, net als in de slagaders. Die van de linker tuinslang is laag, net als in de aders. De waterstroom in de linker slang lijkt meer op de bloedstroom dan bij de rechterslang. Leg dat uit.

Slide 22 - Question ouverte

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Lien

Slide 26 - Vidéo

Slide 27 - Vidéo

Opdrachten
- Nakijken 11.3 opdr. 1 t/m 6
- Maken 11.3 opdr. 7 t/m 12

Bespreken?

Slide 28 - Diapositive