Vandaag en morgen gaan we hfst 6 nog een keer bespreken.
Dit is meteen jullie hulpmiddel om je voor te bereiden voor de toets van volgende week.
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
Economie en OndernemenMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3
Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Toetsvoorbereiding H6
Goedemorgen allemaal.
Vandaag en morgen gaan we hfst 6 nog een keer bespreken.
Dit is meteen jullie hulpmiddel om je voor te bereiden voor de toets van volgende week.
Slide 1 - Diapositive
Wat is het verschil tussen arbeidsintensieve en kapitaalintensieve productie?
Slide 2 - Question ouverte
Dit is bakker Jan, welke 4 productiefactoren kun je hierbij bedenken?
Slide 3 - Question ouverte
Maak de bedrijfskolom .
Boer
Groothandelaar aardappels
Patat fabrikant
groothandel
cafetaria
1
2
3
4
5
Slide 4 - Question de remorquage
Koppel de juiste beloning aan de productiefactoren.
Natuur
Arbeid
Kapitaal
Onder-nemer-
schap
SALARIS
RENTE
WINST
PACHT
Slide 5 - Question de remorquage
Afschrijving bereken je over .....?
Slide 6 - Question ouverte
Een nieuwe machine kost €400.000. Na 5 jaar is de machine nog €105.000. waard Hoeveel is er per jaar afgeschreven?
Slide 7 - Question ouverte
Een winkelier verhoogt de inkoopprijs met de brutowinstopslag. Zo berekend hij de verkoopprijs. Waaruit bestaat de brutowinstopslag?
A
Inkoopprijs en BTW
B
BTW en winst
C
winst en overige bedrijfskosten
D
alleen winst
Slide 8 - Quiz
Van een tas van tassenhenky is het volgende bekend: inkoopprijs €40,20 brutowinstmarge 70% btw .......% (Henky twijfelt over het percentage, vul de juiste in) Bereken de consumentenprijs?
Slide 9 - Question ouverte
Tassenhenky verkoopt ook luxe tassen, deze hebben een consumentenprijs van €412,99 (incl. 21% BTW) Bereken het BTW bedrag
Slide 10 - Question ouverte
Wat heeft omzet met de afzet te maken?
Slide 11 - Question ouverte
Bereken voor dit bedrijf de nettowinst of verlies
Slide 12 - Question ouverte
Morgen gaan we verder
Slide 13 - Diapositive
In 2016 was Volkswagen marktleider in autoland met 21% van de markt, ze verkochten dat jaar 18.000 Volkswagens. Nr. 2 was Peugeot met 16%, Nr 3. was Opel met 11%. Hoeveel auto's verkochten Peugeot en Opel (afronden op helen).
Slide 14 - Question ouverte
Wat is het verschil tussen een concrete markt en een abstracte markt?
Slide 15 - Question ouverte
Elke markt (concreet of abstract) heeft vraag en aanbod, geef de correcte omschrijving van een markt.
Slide 16 - Question ouverte
Jan verkoopt appels, in 2016 verkoopt hij een appel voor 0,25 p/s, hij verkoopt er 10.000. in 2017 verhoogt hij de prijs met 20%, door deze prijsverhoging verkoopt hij 15% minder appels. Was dit een slimme zet, wat is de omzet in 2016 en 2017(met berekening)?
Slide 17 - Question ouverte
Van een bedrijf is het volgende bekend: Omzet 300.000 Inkoopwaarde 100.000 Brutowinst 200.000 Bedrijfskosten 50.000 Nettoresultaat 150.000 Waarom staat hier geen BTW afdracht bij?
Slide 18 - Question ouverte
Jan verkoop een jassen voor 125 exclusief btw Hij koopt deze in voor 50 euro, bereken de brutowinstmarge in euro's en %
Slide 19 - Question ouverte
Wat is het verschil tussen een verkoopprijs en een consumentenprijs?
Slide 20 - Question ouverte
Sleep alle bedrijfskosten in het vak
Bedrijfskosten
Geen bedrijfskosten
reclamekosten
afschrijving
BTW
grondstoffen
Slide 21 - Question de remorquage
Sleep het juiste in het vak
overbezetting van de productiecapaciteit
onderbezetting van de productiecapaciteit
te veel werk
te weinig personeel
te weinig werk
te veel personeel
Slide 22 - Question de remorquage
De fietsfabriek maakt 600 fietsen per week, Er werken 5 mensen 40 uur per week Wat is de arbeidsproductiviteit per uur
Slide 23 - Question ouverte
De directeur van de fietsfabriek beslist dat de werkweek naar 42 uur gaat. Nu maken ze 610 fietsen per week, Er werken nog steeds 5 mensen Wat is de arbeidsproductiviteit per uur nu? Is die verbeterd?