2.4 Dichtheid

1.4 Dichtheid
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
Nask / TechniekMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

1.4 Dichtheid

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  •     Je kunt uitleggen wat de dichtheid van een stof is en in welke eenheid dichtheid uitgedrukt wordt.
  •     Je kunt uitleggen waarom dichtheid een stofeigenschap is en wanneer stoffen 'licht' of 'zwaar' zijn.
  •     Je kunt de dichtheid van een stof bepalen als de massa en het volume gegeven zijn.
  •     Je kunt aan de hand van dichtheid van stoffen uitleggen waarom een stof zinkt, zweeft of drijft. (plusstof)

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Stoffen met elkaar vergelijken
Een eerlijke vergelijkingsmethode werkt als volgt:
1. Neem van elke stof een blokje van 1 cm3 (figuur 1).
2. Bepaal de massa van elk blokje met een weegschaal.
3. Het blokje met de kleinste massa is gemaakt van de ‘lichtste’ stof.

Slide 4 - Diapositive

perspex (1,2 g), aluminium (2,7 g), messing (8,5 g)

Slide 5 - Diapositive

stof
dichtheid (g/cm3)
stof
dichtheid (g/cm3)
alcohol
0,80
lood
11,3
aluminium
2,7
messing 
8,5
benzine
0,72
perspex
1,2
glas
2,6
staal 
7,8
goud
19,3
suiker
1,6
ijs
0,92
terpentine
0,84
ijzer
7,9
vurenhout
0,58
keukenzout
2,2
water
1,0
koper 
8,96
zilver
10,5
kwik 
13,5
zink
7,2

Slide 6 - Diapositive

Zo kun je de dichtheid berekenen:
deel de massa (in g) door het volume (in cm3) en je vindt de dichtheid in g/cm3.
Je kunt dat ook in formulevorm opschrijven:

                                dichtheid  = massa : volume
Of in symbolen:
                                                  ρ = m : V

Het symbool voor dichtheid is de Griekse letter ρ (rho, spreek uit: ‘roo’).

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Voorbeeldopdracht 2
Miranda heeft een goudkleurige armband met een
                                    massa van 78 g en een volume van 5,0 cm3.
Ga met een berekening na of deze armband van zuiver goud gemaakt zou kunnen zijn.

Slide 9 - Diapositive

Voorbeeldopdracht 2
gegevens: m = 78 g, V = 5,0 cm3
gevraagd: ρ = ?
uitwerking: ρ = m : V = 78 : 5,0 = 15,6 g/cm3
De armband kan dus niet van zuiver goud gemaakt zijn, dat een dichtheid heeft van 19,3 g/cm3 (zie tabel 1).
De armband zou wel voor een groot deel uit goud kunnen bestaan.

Slide 10 - Diapositive

Drijven en zinken (plusstof)
Olijfolie en water mengen niet goed met elkaar.
Als je olijfolie  (0,92 g/cm3 ) en water ( 1,0 g/cm3 )bij elkaar doet en flink schudt, ontstaat er wel even een mengsel.
Maar de twee vloeistoffen ontmengen weer snel.
Het mengsel splitst zich in een laag olijfolie en een laag water: de olijfolie bovenaan, het water onderaan (figuur 4).

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Zelfstandig aan de slag:
Lees de lesstof van paragraaf 1.4
Maak de opgaven 1 t/m 8

Tijd over? Maak dan de opdrachten 9 t/m 10 van de Plusstof

Slide 13 - Diapositive