Hotel basistaak 1

Hotel basistaak 1
In een hotel is het personeel altijd in de weer voor de klanten. Die moeten tevreden zijn!

Als een klant tevreden is, komt hij misschien nog eens terug en vertelt hij zijn positieve ervaring aan anderen. 

In deze taak ben je bezig met het voorbereidende werk om een congres voor een klant te organiseren.
Maak ook de opdrachten met 

1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
Intersectoraal D&PMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Hotel basistaak 1
In een hotel is het personeel altijd in de weer voor de klanten. Die moeten tevreden zijn!

Als een klant tevreden is, komt hij misschien nog eens terug en vertelt hij zijn positieve ervaring aan anderen. 

In deze taak ben je bezig met het voorbereidende werk om een congres voor een klant te organiseren.
Maak ook de opdrachten met 

Slide 1 - Diapositive

Belangrijk!
Lees de opdrachten eerst altijd heel erg goed door! Nog een keer opnieuw lezen kan echt geen kwaad. Goed lezen is echt het halve werk!



Slide 2 - Diapositive

 Mappenstructuur
Voettekst en paginanummers
Om bestanden op de computer terug te kunnen vinden is het belangrijk de bestanden goed te ordenen. Een mappenstructuur helpt je daarbij.
Dit weet je natuurlijk nog van vorig jaar.

Kijk ook bij videohandleidingen, 
leeshandleidingen en bronnen!


Slide 3 - Diapositive

In deze module staan twee competenties centraal: 
Organiseren en Mensen en middelen inzetten.

Slide 4 - Diapositive


Een zakelijke email 

Slide 5 - Diapositive

Op het examen mag je alleen met formules rekenen: je mag geen rekenmachine gebruiken. Het is belangrijk dat je weet hoe dat moet!

Slide 6 - Diapositive

Hoe begint een formule in Excel altijd?
A
is
B
met niets
C
=
D
:

Slide 7 - Quiz

Welke formule gebruik je om te vermenigvuldigen? (De letters en cijfers zijn hier een voorbeeld)
A
B4*C4
B
=B4*C4
C
=B4xC4
D
=B4keerC4

Slide 8 - Quiz

Welke formule gebruik je om te op te tellen? (De letters en cijfers zijn hier een voorbeeld)
A
B4+C4
B
B4:C4
C
=B4+C4
D
=B4&C4

Slide 9 - Quiz

Excel is dus een rekenprogramma. Het programma kan zelf berekeningen uitvoeren.

Slide 10 - Diapositive

Lees hier ook steeds heel goed de opdrachten!!

Slide 11 - Diapositive

Ben je klaar? Print je werk uit.
Kijk je werk zelf na: vraag de antwoorden aan je docent.
Let op: alleen de gemaakte pagina's printen! Maak pagina's passend voordat je print!
De docent beoordeelt je werk 
met 1, 2 of 3 punten.
1 punt = onv.
2 punten = voldoende
3 punten = nagenoeg foutloos gemaakt

Slide 12 - Diapositive

Dus: vraag hulp als je het even niet weet!

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Lien

Slide 15 - Lien