Herhaling B1-5

Herhaling B1-5 + Samenhang
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Herhaling B1-5 + Samenhang

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo


Een zintuig reageert op:
A
Impulsen
B
Prikkels
C
Geur
D
Kleur

Slide 3 - Quiz


Wat is een prikkel?

Slide 4 - Question ouverte

Wat is een impuls?
A
Prikkel
B
Zenuw
C
Elektrisch signaal
D
Bestaat niet

Slide 5 - Quiz


Waar word de impuls verwerkt?

Slide 6 - Question ouverte


Op welke prikkel reageert het oog?
A
Geur
B
Geluid
C
Licht
D
Druk

Slide 7 - Quiz


Op welke prikkel reageert het oor?
A
Geur
B
Geluid
C
Licht
D
Druk

Slide 8 - Quiz


Tast en druk zintuigen zitten in de huid, welke zitten dieper in de huid?
A
Tast
B
Druk

Slide 9 - Quiz


De opperhuid bestaat uit:
A
Hoornlaag en lederhuid
B
Lederhuid en kiemlaag
C
Lederhuid
D
Hoornlaag en kiemlaag

Slide 10 - Quiz

Wat is de functie van de hoornlaag?

Slide 11 - Question ouverte

Welk onderdeel in de huid maakt talg?

Slide 12 - Question ouverte

Noem de functies van de huid

Slide 13 - Carte mentale

Wat is de functie van de oorschelp?
A
Bescherming tegen beschadiging
B
Vangt geluiden op
C
Gemaakt voor oorbellen
D
Houd je oor warm

Slide 14 - Quiz

Welk onderdeel van het oor wordt aan het trillen gebracht als er geluid in je oor komt?
A
Oorsmeerkliertjes
B
Gehoorzenuw
C
Gehoorgang
D
Trommelvlies

Slide 15 - Quiz

Welk onderdeel regelt de luchtdruk in je oor?
A
Buis van eustagius
B
Slakkenhuis
C
Gehoorbeentjes
D
Oorschelp

Slide 16 - Quiz


Welk onderdeel beschermt je oog?
A
Oogspier
B
Netvlies
C
Hoornvlies
D
Glasachtig lichaam

Slide 17 - Quiz

Welke onderdelen horen bij het centrale zenuwstelsel?

Slide 18 - Question ouverte


Wat is een orgaan dat bepaalde stoffen produceert?
A
Klier
B
Zenuw

Slide 19 - Quiz


"Alles wat een mens of dier doet" noem je:
A
Observatie
B
Gedrag
C
Signaal
D
Interpretatie

Slide 20 - Quiz


Gedrag wordt veroorzaakt door:
A
Impulsen
B
Prikkels

Slide 21 - Quiz


Hoe noem je het waarnemen van gedrag?
A
Observatie van gedrag
B
Interpretatie van gedrag

Slide 22 - Quiz