Cijferend vermenigvuldigen (3)

Cijerend vermenigvuldigen
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 29 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Cijerend vermenigvuldigen

Slide 1 - Diapositive

cijferend vermenigvuldigen 
=
vermenigvuldigen onder elkaar

Slide 2 - Diapositive

Lesdoel

Ik kan 3 sommen uitrekenen volgens de stappen van cijferend rekenen. 

Slide 3 - Diapositive

Woordbegrip
Cijferen

betekent 

Rekenen

Slide 4 - Diapositive

We gaan van start.


Uitleg over de denkwolk: 
alles van tafel
luisteren
geen opmerkingen / vragen

Slide 5 - Diapositive

Wat is cijferend vermenigvuldigen?

Vermenigvuldigen met grotere getallen kun je uitrekenen met behulp van verschillende oplosmethodes.

Slide 6 - Diapositive

Wat is cijferend vermenigvuldigen?

Het kolomsgewijs vermenigvuldigen en het cijferend vermenigvuldigen zijn veelgebruikte manieren. 

Slide 7 - Diapositive

Het kolomsgewijs werken ken je al!


Kijk maar!

Slide 8 - Diapositive

Cijferend rekenen

Cijferend rekenen werkt bijna hetzelfde als cijferend optellen en cijferend aftrekken. 

Slide 9 - Diapositive

Dit waren de stappen

Stap 1: Zet de getallen onder elkaar.

Stap 2: Vermenigvuldig (x) de eenheden met elkaar. 

Stap 3: Vermenigvuldig (x) de eenheid met tiental.

Stap 4: De uitkomst

6 x 31 =

Slide 10 - Diapositive

Dit waren de stappen

Stap 1: Zet de getallen onder elkaar.

Stap 2: Vermenigvuldig (x) de eenheden met elkaar. 

Stap 3: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de tiental.

Stap 4: herhaal stap 2 en 3 met het tiental.

Stap 5: De uitkomst

16 x 31 =

Slide 11 - Diapositive

We voegen een honderdtal erbij.

Stap 1: Zet de getallen onder elkaar.

Stap 2: Vermenigvuldig (x) de eenheden met elkaar. 
Stap 3: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de tiental.
Stap 4: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de honderdtal

Stap 5: herhaal stap 2, 3 en 4 met het tiental.

Stap 6: De uitkomst

116 x 31 =

Slide 12 - Diapositive

We voegen een honderdtal erbij.

Stap 1: Zet de getallen onder elkaar.

Stap 2: Vermenigvuldig (x) de eenheden met elkaar. 
Stap 3: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de tiental.
Stap 4: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de honderdtal

Stap 5: herhaal stap 2, 3 en 4 met het tiental.

Stap 6: De uitkomst

705 x 23 =

Slide 13 - Diapositive

We voegen een honderdtal erbij.

Stap 1: Zet de getallen onder elkaar.

Stap 2: Vermenigvuldig (x) de eenheden met elkaar. 
Stap 3: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de tiental.
Stap 4: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de honderdtal

Stap 5: herhaal stap 2, 3 en 4 met het tiental.

Stap 6: De uitkomst

365 x 19 =

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Je ziet dus dat je de grootste keersommen kan maken!

Maar dan moet je wel netjes de stappen volgen. 

Slide 16 - Diapositive

Nu jij

Slide 17 - Diapositive

Nodig 
Wisbordje
Schoonmaakdoekje
Wisbord stift
tafelblad

Slide 18 - Diapositive

Stap 1: Zet de getallen onder elkaar.


Stap 2: Vermenigvuldig (x) de eenheden met elkaar.
Stap 3: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de tiental.
Stap 4: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de honderdtal

Stap 5: herhaal stap 2, 3 en 4 met het tiental.
Stap 6: De uitkomst


167 x 31 =

Slide 19 - Diapositive

Stap 1: Zet de getallen onder elkaar.


Stap 2: Vermenigvuldig (x) de eenheden met elkaar.
Stap 3: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de tiental.
Stap 4: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de honderdtal

Stap 5: herhaal stap 2, 3 en 4 met het tiental.
Stap 6: De uitkomst


248 x 18 = 

Slide 20 - Diapositive

Stap 1: Zet de getallen onder elkaar.


Stap 2: Vermenigvuldig (x) de eenheden met elkaar.
Stap 3: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de tiental.
Stap 4: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de honderdtal

Stap 5: herhaal stap 2, 3 en 4 met het tiental.
Stap 6: De uitkomst


932 x 56 = 

Slide 21 - Diapositive

Nu samen!

Slide 22 - Diapositive

Stap 1: Zet de getallen onder elkaar.


Stap 2: Vermenigvuldig (x) de eenheden met elkaar.
Stap 3: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de tiental.
Stap 4: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de honderdtal

Stap 5: herhaal stap 2, 3 en 4 met het tiental.
Stap 6: De uitkomst


543 x 41 = 

Slide 23 - Diapositive

Stap 1: Zet de getallen onder elkaar.


Stap 2: Vermenigvuldig (x) de eenheden met elkaar.
Stap 3: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de tiental.
Stap 4: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de honderdtal

Stap 5: herhaal stap 2, 3 en 4 met het tiental.
Stap 6: De uitkomst


904 x 67 = 

Slide 24 - Diapositive

Nu alleen!

Slide 25 - Diapositive

Stap 1: Zet de getallen onder elkaar.


Stap 2: Vermenigvuldig (x) de eenheden met elkaar.
Stap 3: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de tiental.
Stap 4: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de honderdtal

Stap 5: herhaal stap 2, 3 en 4 met het tiental.
Stap 6: De uitkomst


3 x 45 = 

Slide 26 - Diapositive

Stap 1: Zet de getallen onder elkaar.


Stap 2: Vermenigvuldig (x) de eenheden met elkaar.
Stap 3: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de tiental.
Stap 4: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de honderdtal

Stap 5: herhaal stap 2, 3 en 4 met het tiental.
Stap 6: De uitkomst


15 x 46 = 

Slide 27 - Diapositive

Stap 1: Zet de getallen onder elkaar.


Stap 2: Vermenigvuldig (x) de eenheden met elkaar.
Stap 3: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de tiental.
Stap 4: Vermenigvuldig (x) de eenheid met de honderdtal

Stap 5: herhaal stap 2, 3 en 4 met het tiental.
Stap 6: De uitkomst


43 x 270 = 

Slide 28 - Diapositive

Zijn er nog vragen?

Slide 29 - Diapositive