Schooltaalwoorden les 30

Schooltaalwoorden les 30
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsSecundair onderwijs

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

Schooltaalwoorden les 30

Slide 1 - Diapositive

Noteer hieronder een ACTUEEL thema dat momenteel aan bod komt in het nieuws.

Slide 2 - Question ouverte

Slide 3 - Diapositive

Vapen is _______________ gezonder dan de sigaret, maar ook vapen is ongezond. Het bevat namelijk nicotine.
A
immens
B
zogenaamd
C
beperkt
D
complex

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Diapositive

De directeur __________________ leugens van zijn klasgenoten om uiteindelijk te beslissen dat hij geschorst zou worden.
A
reviseerde
B
behandelde
C
baseerde zich op
D
promootte

Slide 6 - Quiz

Wat vind je van ouders die een avondklok instellen voor de sociale media van hun kroost? Zou je de indruk hebben dat jouw ouders je als een baby BEHANDELEN of vind je het eerder normaal dat ouders jouw sociale mediagebruik opvolgen?
Ik kan mezelf controleren. Ik heb geen hulp of advies nodig op dit vlak.
Ik vind het een goede zaak dat ouders hun kinderen opvolgen.
Ik ben niet te vertrouwen op dit vlak, maar ik wil geen bemoeienissen van mijn ouders.

Slide 7 - Sondage

Slide 8 - Diapositive

Pauline had ___________ veel verdriet toen ze constateerde dat haar goudvis overleden was.
A
zogenaamd
B
immens
C
beperkt
D
complex

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Diapositive

Zowel jongeren als volwassenen laten zich gemakkelijk verleiden door influencers die producten ___________ .
A
behandelen
B
ervaren
C
reviseren
D
promoten

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Tijdens de les Nederlands ____________ Mevr. Ousta een ontzettend saai stuk leerstof over zinsleer.
A
behandelde
B
ervaarde
C
reviseerde
D
promootte

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Diapositive

Zonder bril was haar zicht ___________ .
A
immens
B
complex
C
actueel
D
beperkt

Slide 15 - Quiz

Ga zo snel mogelijk op zoek naar een foto van een ZOGENAAMDE blobvis.

Slide 16 - Question ouverte

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Sommige fervente gamers ___________ dat hun schedel vervormde door het langdurige gamen.
A
reviseerden
B
verschaften
C
behandelden
D
ervaarden

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Diapositive

Mijn oudste zus heeft eindelijk de leeftijd om een vakantiejob te doen. Ze maakt nog vaak schrijffouten en liet dus haar CV ___________ door mama.
A
vernemen
B
reviseren
C
ervaren
D
verschaffen

Slide 21 - Quiz

Vind je het aanbod in de wereldwinkel eerder beperkt, precies voldoende of zeer uitgebreid?
Beperkt. Ik vind er niet voldoende aanbod is in onze wereldwinkel.
Ik vind dat het aanbod precies tegemoetkomt aan wat wij nodig hebben. Net voldoende!
Er is een ruim aanbod. De keuze is uitgebreid. Veel te veel om op te noemen.

Slide 22 - Sondage

Slide 23 - Diapositive

Je kan er niet naast kijken. Trump blijft een ___________ thema in het dagelijkse nieuws.
A
immens
B
beperkt
C
actueel
D
zogenaamd

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Diapositive

Knap zijn is niet de enige ___________ om deel te kunnen nemen aan de missverkiezing.
A
organisatie
B
voorwaarde
C
actualiteit
D
ervaring

Slide 26 - Quiz

Slide 27 - Diapositive

De _____________ van de Don Boscoloopwedstrijden vergt heel wat inspanningen van de leerlingen en de leerkrachten.
A
organisatie
B
uitzondering
C
voorwaarde
D
beperktheid

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Diapositive

Dankzij het onderzoek van het Amerikaanse waterbedrijf hebben we ______________ dat er zowel goede als slechte bacteriën op een drinkfles zitten.
A
behandeld
B
verschaft
C
vernomen
D
gereviseerd

Slide 30 - Quiz

Slide 31 - Diapositive

Het conflict tussen Rusland en Oekraïne is zeer _________ . Het is ingewikkeld.
A
ervaren
B
immens
C
georganiseerd
D
complex

Slide 32 - Quiz

Slide 33 - Diapositive

Ik was niet goed voorbereid voor de toets. Gelukkig ___________ mijn buurman me de meeste antwoorden op de vragen.
A
reviseerde
B
behandelde
C
verschafte
D
vernam

Slide 34 - Quiz

Slide 35 - Diapositive

Ik haat de Franse grammatica. Er is altijd wel een __________ op de regel.
A
voorwaarde
B
organisatie
C
ervaring
D
uitzondering

Slide 36 - Quiz