start periode 4: woordenschat

Helaas nog geen cijfers!
Uiterlijk zondag, maar ik hoop eerder.

1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Helaas nog geen cijfers!
Uiterlijk zondag, maar ik hoop eerder.

Slide 1 - Diapositive

Periode 3 had 1 toets: formuleren
Deze is niet herkansbaar
Je kunt dus geen toets Nederlands kiezen in het herkansingsformulier (misschien dat er wel een toets staat (T07) maar deze hebben we geschrapt en wordt gecombineerd met (T10)

Slide 2 - Diapositive

periode 4
- een betoog (T08)
- woordenschat (T09)
- tekst met vragen (T10)

Slide 3 - Diapositive

De lessenverdeling
Fysiek (dinsdag): argumenteren
Online (donderdag): woordenschat

Slide 4 - Diapositive

Vandaag
Start woordenschat (blz 174)

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Lien

betekenis zoeken
Waarom woordstrategieën leren?
- Je hoeft dan niet elk woord op te zoeken, dit scheelt tijd (bijvoorbeeld op je examen) en je aandacht blijft bij de tekst.
Wanneer pak je het woordenboek?
- Als de betekenis niet duidelijk wordt uit de context en je daardoor de tekst niet kunt begrijpen

Slide 7 - Diapositive

strategieën
- een synoniem
- een tegenstelling
- een voorbeeld
- een omschrijving
- een afbeelding
- woorddelen
- lijkt op een woord uit een andere taal

Slide 8 - Diapositive

Opdracht 1
blz 174

bepaal de betekenis met behulp van de strategieën

Slide 9 - Diapositive

1. mentaal

Slide 10 - Question ouverte

2. verhullen

Slide 11 - Question ouverte

3. repressie

Slide 12 - Question ouverte

4. adequaat

Slide 13 - Question ouverte

5. loyaal

Slide 14 - Question ouverte

6. reduceren

Slide 15 - Question ouverte

7. attitude

Slide 16 - Question ouverte

8. ongenoegen

Slide 17 - Question ouverte

9. saboteren

Slide 18 - Question ouverte

10. parallellen

Slide 19 - Question ouverte

Slide 20 - Diapositive

Voor de toets woordenschat moet je van alle woorden uit de opdrachten de betekenis kennen! Dus ook deze woorden. 
Als je slim bent, begin je nu al met leren. Dan is het aan het eind niet een heel grote berg woorden.

Slide 21 - Diapositive

Huiswerk
maken opdracht 2, blz 175
maken opdracht 1, blz 177
maken opdracht 3, blz 178

Slide 22 - Diapositive