20210906 niveau 4 leerjaar 3 argumenteren

1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Argumenteren
  • Stelling/Argument
  • Feit, Mening of Argument
  • Objectief of subjectief argument
  • Signaal woorden

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Lesdoelen
  • Huiswerk lesboek onderdeel argumenteren.
  • Feit versus mening.

Slide 4 - Diapositive

Huiswerk
  • Argumentatie, feiten en meningen.
  • Handboek 94 en 95 lezen.   
    Opdracht 7: werkboek pagina 69.
    Opdracht 8: werkboek pagina 70.
    Opdracht 9: werkboek pagina 70.

Slide 5 - Diapositive

Kenmerken feit
  • Staat vast, het is zo
  •  Kun je controleren, iets is waar of niet waar 
  • Objectief > 



  • Voorbeeld objectieve teksten: 
Nieuwsberichten, onderzoeksrapporten, wetenschappelijke tijdschriften
ob·jec·tief (bijvoeglijk naamwoord, bijwoord; vergrotende trap: objectiever, overtreffende trap: objectiefst)

zich beperkend tot de feiten, niet beïnvloed door eigen gevoel of door vooroordelen; onbevooroordeeld, onbevangen (tegenstelling: subjectief)

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Kenmerken mening
  • Persoonlijke gedachte
  • Je kunt het ergens wel, een beetje of niet mee eens zijn
  • Subjectief >



  • Voorbeeld subjectieve teksten:
Ingezonden brieven, columns, discussieforums
sub·jec·tief (bijvoeglijk naamwoord, bijwoord)

persoonlijk, volgens eigen mening; = partijdig (tegenstelling: 1objectief): een subjectief oordeel

Slide 8 - Diapositive

Filmpje - Is de aarde plat?


Wat kun je zeggen over de uitspraken van de heren?
Feit of mening?

Slide 9 - Diapositive

*Even oefenen*
Deze dag is te mooi om te werken.
A
Feit
B
Mening

Slide 10 - Quiz

Ik denk dat je gewoon te beroerd bent om te werken.
A
Feit
B
Mening

Slide 11 - Quiz

Op 05 september 2021 werd bekend dat alle kappers de deuren moesten sluiten.
A
Feit
B
Mening

Slide 12 - Quiz

Terugblik
  • Huiswerk lesboek onderdeel argumenteren.
  • Feit versus mening.

Slide 13 - Diapositive