In zicht onregelmatige werkwoorden 90 - 120
1 / 11
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
vergelijken (perfectum)
Slide 2 - Question ouverte
schrikken (plusquamperfectum)
Slide 3 - Question ouverte
vergeten (perfectum)
Slide 4 - Question ouverte
vinden (imperfectum)
Slide 5 - Question ouverte
verliezen (perfectum)
Slide 6 - Question ouverte
verdwijnen
Maak zelf een zin met PLUSQUAMPERFECTUM.
Gebruik een hoofdzin + een bijzin met het voegwoord TOEN.
Maak zelf een zin met PLUSQUAMPERFECTUM.
Gebruik een hoofdzin + een bijzin met het voegwoord TOEN.
Slide 7 - Question ouverte
vertrekken
Maak zelf een zin met PLUSQUAMPERFECTUM.
Gebruik een hoofdzin + een bijzin met het voegwoord VOORDAT.
Maak zelf een zin met PLUSQUAMPERFECTUM.
Gebruik een hoofdzin + een bijzin met het voegwoord VOORDAT.
Slide 8 - Question ouverte
spreken
Maak zelf een zin met plusquamperfectum.
Gebruik een hoofdzin + een bijzin met een voegwoord.
Maak zelf een zin met plusquamperfectum.
Gebruik een hoofdzin + een bijzin met een voegwoord.
Slide 9 - Question ouverte
scheren
Maak zelf een zin met plusquamperfectum.
Gebruik een hoofdzin + een bijzin met een voegwoord.
Maak zelf een zin met plusquamperfectum.
Gebruik een hoofdzin + een bijzin met een voegwoord.
Slide 10 - Question ouverte
sterven
Maak zelf een zin met IMPERFECTUM.
Gebruik een hoofdzin + een bijzin met een voegwoord.
Maak zelf een zin met IMPERFECTUM.
Gebruik een hoofdzin + een bijzin met een voegwoord.
