Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 70 min
Éléments de cette leçon
Thema 3 Ordening
BS 1 Steeds kleinere groepen
Slide 1 - Diapositive
Wat denk je al te weten over ordening? Waar denk je aan?
Slide 2 - Carte mentale
Leerdoelen
Na deze les kan je vertellen:
1 Je kunt organismen indelen in hoofdgroepen en rijken.
2 Je kunt de celkenmerken noemen van dieren, planten, schimmels en bacteriën.
3 Je kunt de groepen noemen die ontstaan bij de verdere indeling van een rijk.
Slide 3 - Diapositive
Bekijk het filmpje over ordening in de volgende slide
Slide 4 - Diapositive
https:
Slide 5 - Lien
Groepen maken
Hoe?
Aan de hand van kenmerken: kenmerken zijn eigenschappen waarmee je een organisme kunt onderscheiden van andere organismen.
Je deelt de organismen dus in aan de hand van kenmerken die ze allemaal hebben en dus overeenkomsten hebben.
Slide 6 - Diapositive
Hoofdgroepen en rijken
Er zijn 2 hoofdgroepen:
1. Prokaryoten en 2. Eukaryoten
Deze groepen kun je indelen in rijken.
1. Prokaryoten in Archea en bacteriën
2. Eukaryoten in chromista, protozoa, schimmels, planten en dieren.
Mensen vallen onder de dieren.
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Wat is een prokaryoot?
naam voor bacteriën en archaea; een klein eencellig organisme zonder celkern
Slide 9 - Diapositive
Wat is een Eukaryoot?
organisme met één of meerdere grote cellen met celkern
Slide 10 - Diapositive
Wat is een rijk?
naam voor verdere indeling van een hoofdgroep
Slide 11 - Diapositive
Eencellig en meercellig
Organismen die uit 1 cel bestaan noemen we eencellig. Bijv: bacteriën en archea en schimmels
Organismen die uit meer cellen bestaan noemen we meercellig:
Bijv: planten, dieren en schimmels (zijn er ook eencellig).
Je kijkt ook naar de kenmerken van de cel:
Slide 12 - Diapositive
Celkenmerken
• Celkern. De cellen van eukaryoten hebben een celkern. De cellen van prokaryoten niet. Bacteriën en archaea zijn organismen zonder celkern.
• Celwand. Dieren hebben geen celwand om hun cellen. De cellen van bacteriën, archaea, schimmels en planten hebben wel een celwand.
• Bladgroenkorrels. Veel cellen van planten hebben bladgroenkorrels in het cytoplasma. Bacteriën, archaea, schimmels en dieren hebben geen bladgroenkorrels.
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Het rijk van de dieren
Slide 16 - Diapositive
Vertakkingsschema
De indeling van organismen in steeds kleinere groepen kun je weergeven in een vertakkingsschema.
Slide 17 - Diapositive
Aan de slag!
Je mag nu BS 3.1 gaan maken.
Opdr. 1 t/m 8 moeten gemaakt worden
9 en 10 mag je maken als extra uitdaging.
Succes! Als je vragen hebt, ik ben hier! ;-)'
Wat niet af komt is huiswerk voor de volgende les!