M1 - periode 3 - les 8 - herh ontkenning & nieuwe woorden

• Frans
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Bij de 2e bel op je tafel:

ton livre     *     ton cahier   *   tes stylos

En wat waren ook alweer de afspraken?

 
- geen telefoon, oortjes uit
- boek, schrift, pennen, oortjes mee
- niet door elkaar praten, vinger opsteken

Fouten maken mag / moet!

Midden voor het bord = aandacht

les règles du jeu

spelregels

Les parents de Pierre ont trois enfants, Paul et Bill. 

Quel est le nom du troisième enfant ?

Bienvenue!

Unité 3:

Après les cours

zinnen oefenen

Qu'est-ce qu'on va faire?

1. zinnen maken
2. nieuwe woorden  

             

Zet in de goede volgorde

de goede volgorde

Le chien est grand.

Je regarde la télé.

Tu habites à Naarden.

Mon frère aime le tennis.

Zoek de fout en verbeter

Zoek de fout en verbeter

Tu habite à Naarden.

Zoek de fout en verbeter

Tu habites à Naarden.

ne

pas

werk- woord

Maak de zinnen ontkennend.

Le chien est grand.

Je regarde la télé.

Tu habites à Naarden.

Mon frère aime le tennis.

stap 1: onderstreep het werkwoord

stap 2: ne ......(werkwoord).... pas

Maak de zinnen ontkennend.

Le chien n'est pas grand.

Je regarde la télé.

Tu habites à Naarden.

Mon frère aime le tennis.

Maak de zinnen ontkennend.

Le chien n'est pas grand.

Je ne regarde pas la télé.

Tu habites à Naarden.

Mon frère aime le tennis.

Maak de zinnen ontkennend.

Le chien n'est pas grand.

Je ne regarde pas la télé.

Tu n'habites pas à Naarden.

Mon frère aime le tennis.

Maak de zinnen ontkennend.

Le chien n'est pas grand.

Je ne regarde pas la télé.

Tu n'habites pas à Naarden.

Mon frère n'aime pas le tennis.

toetsstof

• woorden: zie Classroom (komt nog iets bij)
• Apprende 3: werkwoorden op '-er' 
• Apprendre 5: ontkenning (ne....pas)
  
  Je moet zinnen kunnen maken!

LEREN: deel van apprendre 1, 2, 4, 6, 8

Zie Classroom: 

--> woorden die je moet kennen voor de toets

Classroom