Grammatica Blok 2 1KT

Grammatica - Blok 2
1KT2
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Grammatica - Blok 2
1KT2

Slide 1 - Diapositive

Sofie
1. Ik dans selectie hiphop
2. Ik woon al 11 jaar in hetzelfde huis
3. Ik heb een zusje.

Slide 2 - Diapositive

Welke is niet waar?
A
Ik dans selectie hiphop.
B
Ik woon al 11 jaar in hetzelfde huis.
C
Ik heb een zusje.

Slide 3 - Quiz

Welke werkwoordsvormen ken je?

Slide 4 - Carte mentale

Werkwoordsvormen: Persoonsvorm (PV)
Werkwoorden kunnen in verschillende vormen voorkomen. Bijvoorbeeld als persoonsvorm (pv).
De persoonsvorm is de vorm van het werkwoord die je in de tegenwoordige tijd (tt) en in de verleden tijd (vt) kunt schrijven.
Bijvoorbeeld:
Ik heb mijn vrienden opgehaald.
Ik had mijn vrienden opgehaald.

Slide 5 - Diapositive

Persoonsvorm (2)
Je hebt altijd een persoonsvorm in een zin. Staat er één werkwoord in de zin? Dan is dit de persoonsvorm. 

Slide 6 - Diapositive

Werkwoordsvormen: Hele WW (WW)
Hele werkwoord: Het hele werkwoord is het werkwoord zoals het ook in het woordenboek staat. 

Koken, bakken, graven, geloven, enz..

Slide 7 - Diapositive

Werkwoordsvormen: Voltooid Deelwoord (VDW)
Voltooid deelwoord: Deze werkwoorden beginnen met ver-, ge- of ont-. Dit is de werkwoordsvorm die bij een persoonsvorm van de werkwoorden hebben, worden of zijn in de zin staat. 

Ik heb eten gekookt.
Hij is op vakantie geweest.

Slide 8 - Diapositive

Noem de werkwoorden in onderstaande zin en
geef aan wat voor werkwoorden het zijn.

Ik wil het liefst nooit verslagen worden.

Slide 9 - Question ouverte

Mimoun zal vanmiddag mijn broer bellen.

Wat is 'bellen' voor werkwoordsvorm?
A
persoonsvorm
B
hele werkwoord
C
voltooid deelwoord

Slide 10 - Quiz

Mimoun heeft vanmiddag mijn broer gebeld.

Wat is 'gebeld' voor werkwoordsvorm?
A
persoonsvorm
B
hele werkwoord
C
voltooid deelwoord

Slide 11 - Quiz

Mijn broer wordt door Mimoun gebeld.

Noteer alle werkwoorden en zet erachter
wat de werkwoordsvorm is.

Slide 12 - Question ouverte

Welke drie werkwoordsvormen
ken je nu?

Slide 13 - Question ouverte

Slide 14 - Vidéo

Theorie (persoonsvorm --> tijdproef )
= Op deze manier vind je de persoonsvorm

= Een werkwoord van tijd veranderen.


  1. Mijn vrienden hebben mij thuis opgehaald.
  2. Mijn vrienden hadden mij thuis opgehaald.

Slide 15 - Diapositive

Wat is de persoonvorm in onderstaande zin
en hoe kom je daarbij?

Hij wil heel graag gaan fietsen.

Slide 16 - Question ouverte

Wat is de persoonsvorm in onderstaande zin?

Chris is nog nooit zo blij geweest.

Slide 17 - Question ouverte

Aan de slag!
Blok 2 Grammatica opdr. 14 t/m 21, 23
Huiswerk voor volgende week maandag

Klaar? Samenvatting maken / Lezen in je leesboek / Alvast een begin maken aan de fictieopdracht/  Huiswerk voor een ander vak. 

Slide 18 - Diapositive

Chaeleen

Ik heb een schildpad
Ik heb 4 broers en 2 zussen
Ik hou van gym

Slide 19 - Diapositive

Welke is niet waar?
A
Ik heb een schildpad.
B
Ik heb vier broers en 2 zussen.
C
Ik hou van gym.

Slide 20 - Quiz

Teun


1. We krijgen kippen
2. Ik heb drie broertjes
3. Ik heb een konijn

Slide 21 - Diapositive

Welke is niet waar?
A
We krijgen kippen.
B
Ik heb drie broertjes.
C
Ik heb een konijn.

Slide 22 - Quiz