H4 Wateroverlast HH Kustbeleid

Overstromingen en wateroverlast - Kust / Delta
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Overstromingen en wateroverlast - Kust / Delta

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Oorzaken overstromingsgevaar
Zonder ingrijpen neemt de kans op overstromingen door de zee toe.
Oorzaken zijn:
A. relatieve zeespiegelstijging door het versterkte broeikaseffect
B. toename stormvloeden door het versterkte broeikaseffect
C. bodemdaling door inklinking

Slide 3 - Diapositive

Sleep de juiste antwoorden naar de juiste plek
Estuarium
Secundaire dam
Kustlijnverkorting
Stormvloedkering
Benedenloop
Delta
Riviermonding
Primaire dam
Buitendijks
Binnendijks

Slide 4 - Question de remorquage

Op sommige plaatsen is de duinenrij weg. Welke soort verdediging is dan nodig?
A
een eilandenrij
B
dynamische kustverdediging
C
zachte kustverdediging
D
harde kustverdediging

Slide 5 - Quiz

Wat zijn de verschillende functies van het duinengebied?
Voer eerst 'duin' in.

Slide 6 - Carte mentale

Veschillende functies van het duingebied
Vaak botsend!

Slide 7 - Diapositive

Zachte kust
Harde kust
Dijken
Dam
Strand
Natuurlijke oorsprong
Door de mens aangelegd. 

Slide 8 - Question de remorquage

Beschrijf het ontstaan van duinen in 3 stappen.

Slide 9 - Question ouverte

Kenmerkend voor wadden is ...
A
veel sedimentatie en ze vallen droog
B
veel sedimentatie en altijd onder water
C
veel erosie en ze vallen droog
D
veel erosie en altijd onder water

Slide 10 - Quiz

Hier mengt zoet water met zout water
A
Waddenkust
B
Estuarium
C
Duinkust
D
Harde kust

Slide 11 - Quiz

Leg uit waarom Estuaria zwakke plekken zijn in de kustverdediging

Slide 12 - Question ouverte

Waar in het estuarium is het verschil tussen Eb en vloed het grootst?
A
A
B
B
A
A
B
B

Slide 13 - Quiz

Leg uit waarom het intergetijdegebied belangrijk is voor de aanvoer van nieuw zand in het duingebied
Intertijdegebied: het gebied dat met eb droogvalt en met vloed overstroomt.

Slide 14 - Question ouverte

Getijden
De getijdenstroming is het gevolg van aantrekkingskracht van maan en zon. 
De positie daarvan resulteert in hoogtij en laagtij, kentering, springtij en doodtij.

Slide 15 - Diapositive

Denk er aan: hoe vaak wordt het eb en vloed op een dag? Hoe vaak staan de zon en de maan per maand op 1 lijn?
springvloed / springtij

Slide 16 - Diapositive

Wanneer is er de hoogste waterstand?
A
Doodtij
B
Hoogtij
C
Kentering
D
Springtij

Slide 17 - Quiz

Nederlandse kust: Opbouw
Rond het jaar 1000, speelde het Waddengebied een nog veel grotere rol. De strandwallen werden steeds hoger en vormde uiteindelijk duinen.

Door natuurlijke processen werd het water achter de duinen ook steeds zoeter, waardoor veel veenvormig plaatsvond. Het veen werd feitelijk beschermd door de duinen. 

Slide 18 - Diapositive

In Nederland wordt zandsuppletie toegepast. Waarom?
A
Om daar waar de bodem in Nederland daalt, de bodem op te hogen.
B
Om dijken langs de rivieren te versterken.
C
Om de stukken land tussen de winterdijken en de rivieren op te hogen.
D
Om stranden en duinen langs de kust te versterken.

Slide 19 - Quiz

De zandmotor is een voorbeeld van zachte kustbescherming.
A
goed
B
fout

Slide 20 - Quiz

Men noemt deze zandsuppletie ook wel een zandmotor omdat het zand zich vanzelf verspreidt langs de kust.
Leg uit hoe die zandmotor dan werkt.

Slide 21 - Question ouverte


A
Afbraak van de kust
B
Bodemdaling
C
Bolwerkvorming
D
Kustproces

Slide 22 - Quiz


A
Afbraak van de kust
B
Bodemdaling
C
Bolwerkvorming
D
Kustproces

Slide 23 - Quiz

Leg uit waarom de Hondsbossche Zeewering (Petten) een zwakke plek in de kustwering vormde als gevolg van bolwerkvorming.

Slide 24 - Question ouverte

Leg uit hoe de zwakke plek in de kustwering bij de Hondsbossche Zeewering (Petten) uiteindelijk is aangepakt.

Slide 25 - Question ouverte

Als we de veranderingen bij de Hondsbossche zeewering vanuit een sociaal of economische dimensie bekijkt, zijn er ook voordelen te benoemen. Schrijf vanuit beide dimensies een voordeel op van de nieuwe situatie.

Slide 26 - Question ouverte