Hoofdstuk 2 D 1/12/'23

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Welkom A2D

Lezen 

Blz. 240.

Lesdoel

- Je leert wat een goed interview is en hoe je een goed interview kunt houden.

Aan de slag

- Nakijken opd. 8 en 9 op blz. 40-41 en opd. 3 en 4 op blz. 42 (de antwoorden staan in je mail)

Klaar?

- Maak opd 5 t/m 12 op blz. 42-44.

- Opdracht 8a: bijvoorbeeld: meertaligheid en discriminatie; meertaligheid en ontwikkelingsvoorsprong of juist achterstand; meertaligheid en sociale relaties. 

belichamen

1. elk ander mens
2. wat het bewonderen waard is
3. een menselijke vorm aan iets geven
4. bijeenbrengen

de nieuwlichterij

1. ergens de tijd voor nemen
2. nieuwigheid
3. allerlei
4. globaal, niet grondig

afhankelijk zijn van

1. hulp van iemand nodig hebben
2. wat het bewonderen waard is
3. karakterisering op basis van vooroordelen
4. bijeenbrengen

lineair

1. in de lengte
2. mondeling
3. allerlei
4. globaal, niet grondig

weerleggen

1. met argumenten aantonen dat het niet juist is
2. officiële beschuldiging
3. uit je eigen land
4. waarover niet iedereen het eens is

allerhande

1. uitbreiden
2. mondeling
3. allerlei
4. globaal, niet grondig

depressief

1. elk ander mens
2. in een zeer sombere stemming
3. beroemd
4. heel hevig

oppervlakkig

1. uitbreiden
2. mondeling
3. het minder lezen van boeken door de bevolking in het algemeen
4. globaal, niet grondig

de legende

1. karakterisering op basis van vooroordelen
2. oud verhaal dat waarschijnlijk niet helemaal waar is
3. beroemd
4. heel hevig

het perspectief

1. punt van waaruit je naar iets kijkt
2. mondeling
3. het minder lezen van boeken door de bevolking in het algemeen
4. ergens de tijd voor nemen

de aanklacht

1. zeer direct
2. officiële beschuldiging
3. opschudding
4. waarover niet iedereen het eens is

het blikveld

1. allerlei
2. wat je om je heen kunt zien door alleen je ogen te bewegen
3. het minder lezen van boeken door de bevolking in het algemeen
4. ergens de tijd voor nemen

bewonderenswaardig

1. elk ander mens
2. wat het bewonderen waard is
3. beroemd
4. bijeenbrengen

verruimen

1. allerlei
2. het minder lezen van boeken door de bevolking in het algemeen
3. uitbreiden
4. ergens de tijd voor nemen

de medemens

1. karakterisering op basis van vooroordelen
2. oud verhaal dat waarschijnlijk niet helemaal waar is
3. elk ander mens
4. een menselijke vorm aan iets geven

tijd uittrekken voor

1. uitbreiden
2. het minder lezen van boeken door de bevolking in het algemeen
3. mondeling
4. ergens de tijd voor nemen

de wandaad

1. slechte handeling
2. negatief besproken
3. opschudding
4. waarover niet iedereen het eens is

intens

1. karakterisering op basis van vooroordelen
2. in een zeer sombere stemming
3. beroemd
4. heel hevig

roemrijk

1. karakterisering op basis van vooroordelen
2. beroemd
3. heel hevig
4. een menselijke vorm aan iets geven

de commotie

1. voorstel of handeling waarmee je iets in gang zet
2. negatief besproken
3. opschudding
4. waarover niet iedereen het eens is

het stereotype

1. karakterisering op basis van vooroordelen
2. in een zeer sombere stemming
3. heel hevig
4. een menselijke vorm aan iets geven

vergaren

1. wat het bewonderen waard is
2. beroemd
3. bijeenbrengen
4. een menselijke vorm aan iets geven

verguisd

1. voorstel of handeling waarmee je iets in gang zet
2. negatief besproken
3. iemand die iets heeft gezien of gehoord
4. waarover niet iedereen het eens is

de nieuwlichterij

1. ergens de tijd voor nemen
2. nieuwigheid
3. allerlei
4. globaal, niet grondig

lineair

1. in de lengte
2. mondeling
3. allerlei
4. globaal, niet grondig

de getuige

1. voorstel of handeling waarmee je iets in gang zet
2. zeer direct
3. iemand die iets heeft gezien of gehoord
4. waarover niet iedereen het eens is

allerhande

1. uitbreiden
2. mondeling
3. allerlei
4. globaal, niet grondig

oppervlakkig

1. uitbreiden
2. mondeling
3. het minder lezen van boeken door de bevolking in het algemeen
4. globaal, niet grondig

vaderlands

1. uit je eigen land
2. zeer direct
3. voorstel of handeling waarmee je iets in gang zet
4. waarover niet iedereen het eens is

het perspectief

1. punt van waaruit je naar iets kijkt
2. mondeling
3. het minder lezen van boeken door de bevolking in het algemeen
4. ergens de tijd voor nemen

verruimen

1. allerlei
2. het minder lezen van boeken door de bevolking in het algemeen
3. uitbreiden
4. ergens de tijd voor nemen

het initiatief

1. officiële beschuldiging
2. zeer direct
3. voorstel of handeling waarmee je iets in gang zet
4. waarover niet iedereen het eens is

de ontlezing

1. uitbreiden
2. het minder lezen van boeken door de bevolking in het algemeen
3. punt van waaruit je naar iets kijkt
4. in de lengte

tijd uittrekken voor

1. uitbreiden
2. het minder lezen van boeken door de bevolking in het algemeen
3. mondeling
4. ergens de tijd voor nemen

ongezouten

1. officiële beschuldiging
2. zeer direct
3. negatief besproken
4. waarover niet iedereen het eens is

oraal

1. uitbreiden
2. het minder lezen van boeken door de bevolking in het algemeen
3. mondeling
4. allerlei

het blikveld

1. allerlei
2. wat je om je heen kunt zien door alleen je ogen te bewegen
3. het minder lezen van boeken door de bevolking in het algemeen
4. ergens de tijd voor nemen

omstreden

1. officiële beschuldiging
2. slechte handeling
3. negatief besproken
4. waarover niet iedereen het eens is

Korte presentaties

Bereid een korte presentatie voor van 45 seconden over een onderwerp dat je leuk vindt. Je presenteert dat maandag 18 of dinsdag 19 december aan de klas.

Huiswerk

Huiswerk maandag 11 december: 

- Maak opd. 8 en 9 op blz. 40-41

en

 Maak opd 3 t/m 7 op blz. 42.

Feedback

Huiswerk vr 6/10 4e uur

- Maak opd. 2,3,4,5,6,7 op blz. 120-121. en lees in je leesboek voor de leesclub.

Klaar

Lezen

Boek blz. 

Huiswerk maandag 9/1 5e uur

- Maken opd. 1,2 blz. 157.

Terugkijken

- Hoe vind je zinsdelen?

- Wat is de beste manier om de persoonsvorm te vinden?

- Welke vraag stel je om het onderwerp te vinden?

Wat is de persoonsvorm en het onderwerp van de volgende zin?:

- Misschien heeft mijn neefje wel een voetbal gewonnen voor mij?

Misschien

heeft

mijn neefje

wel

een voetbal

gewonnen

voor mij

heeft gewonnen

pv

ow

Maak zinsdelen bij de volgende zin:

- Tijdens mijn vorige vakantie heb een ik voor mijn vriendin een nieuwe armband gekocht in een leuk winkeltje.