Les 2 Ontwikkelingspsychologie en gedrag

Ontwikkelingspsychologie en gedrag
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
WelzijnMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Ontwikkelingspsychologie en gedrag

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gelukt met huiswerkopdracht?
Voorbereiding les 2 gedaan?

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
  • De student kent de verschillende fases in de ontwikkeling van de mens
  • De student kan de factoren benoemen die van invloed zijn op de ontwikkeling van de mens
  • De student weet wat de rol van de verzorgende is bij het bevorderen van de ontwikkeling van de mens
  • De student weet wat persoonlijkheid is en wat de relatie is tussen persoonlijkheid en de ontwikkeling van de mens in de verschillende fases
  • De student kent de theorie over gedrag en hoe je gedrag van mensen kan interpreteren
  • De student kan uitleggen hoe gedrag van invloed kan zijn op gezondheidsbevordering

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Energizer: 
Ga allemaal staan en vorm dan een rij op volgorde van feitelijke leeftijd (kijk naar de juiste post - its op de grond)

Daarna wordt een nieuwe rij gevormd op volgorde van hoe oud je je echt voelt.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ontwikkelingspsychologie?

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Ontwikkelingspsychologie
  • Ontwikkeling=duurzame en langzame ontwikkeling

  • Psychologie= de wetenschap die het menselijke gedrag bestudeert

  • Stroming binnen de psychologie die zich bezighoudt met de patronen van groei en verandering die de mens doormaakt met de leeftijd

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is van invloed op je ontwikkeling?

Nature: Eigenschappen en capaciteiten die de mens bij de geboorte van zijn ouders mee krijgt.

Nurture: de omgevingsinvloeden die het gedrag bepalen.
Zelfbepaling: de mogelijkheid om zelf richting te geven aan je leven. 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Indeling naar leeftijd
Ontwikkelingsfases Leeftijd
  • Baby 0-18 maanden
  • Peuter 18 maanden tot 4 jaar
  • Kleuter 4 tot 6 jaar
  • Schoolkind 6 tot 12 jaar
  • Puber 12 tot 17 jaar
  • Adolescent 17 tot 22 jaar
  • Volwassene 22-65 jaar
  • Oudere 65 en verder

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tim (4) is net gestart op de basisschool. Het valt op dat Tim zich langzamer ontwikkeld dan leeftijdsgenootjes, uit gesprek met de ouders blijkt dat zij in een vechtscheiding liggen.

Mogelijk is de vechtscheiding een factor die de ontwikkeling momenteel bepaald. Welk soort factor is dit?
A
Interne factor
B
Zelfbepaling
C
Externe factor

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Baby - 0 tot 18 maanden (zuigeling)
Fase ná de prenatale fase
 
 -Conceptie – embryo – foetus
 -Fase voor de geboorte
 -Vanaf 24 weken mogelijkheid tot proeven, horen en voelen (zelfs leren)

Ontwikkeling vindt plaats op álle ontwikkelingsgebieden:
Lichamelijk/ motorisch, cognitief, sociaal, persoonlijk en seksueel.





Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sociale en persoonlijkheidsontwikkeling

De baby communiceert vanaf dag 1
Eerste lachje vanaf week zes (niet doelgericht)
Eenkenningsheidsperiode (maand 7)
           - Zichtbaar gedrag is aanhankelijkheid en scheidingsangst
Ontbreken van het 'ik- gevoel'

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Peuter 2- 4 jaar
Emotionele- en persoonlijkheids ontwikkeling
  • Ik besef -> vanaf 1,5 jaar ontwikkeling ik- besef (wetend dat zijn gedrag effect heeft)
  • Egocentrisme -> De peuter kan zich niet verplaatsen in een ander, bekijkt alles van eigen perspectief
  • Peuterpuberteit, oftewel koppigheidsfase
  • Leren en steun d.m.v. een knuffel
  • Geen schaamte gevoel

Volgende dia; Kleuter (4-6 jaar) ! Wat denken jullie......?

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een kleuter beseft wat goed en fout is
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Kleuter (4-6 jaar)
Sociale- en persoonlijkheids ontwikkeling
  • Bewustwording eigen individu, leidt tot ontwikkeling zelfbeeld: 
  • Leidt tot inzicht oorzaak/ gevolg en omgaan met teleurstellingen (magisch denken neemt af)
  • Opvoedtaak: gerichte complimenten en feedback
Egocentrisme verdwijnt naar de achtergrond
  • Primair sociaal gedrag: helpen, meeleven en denken.
  • Conformisme
  • Symbolisch spel: rollenspelen (vader/ moedertje)
  • Ontwikkeling van schaamtegevoelens en schuldbewustzijn (het geweten)
  • In het denken van de kleuter: goed is wat goed voelt en slecht is wat je verdrietig maakt
  •      Hangt enorm samen met de autoriteit én straffen/ belonen. 

Slide 14 - Diapositive

Conformisme, ergens bij willen horen

Schoolkind 6-12 jaar
Sociaal- emotionele ontwikkeling
6 tot 8 jaar
          - Afwegen van emoties
          - Gericht op eerlijkheid
          - Verdere ontwikkeling schaamtegevoel
                 - Omgang leeftijdsgenoten (leer van sociale regels)
 8 tot 10 jaar
           - Onderlinge concurrentie van leeftijdsgenoten
           - Kind is gevoeliger voor afkeuring
           - Meer inhoud aan vriendschappen --> vriendschappen kortdurend.
           - Conformisme: kind past zich aan. Wil niet opvallen, dus doet mee met de groep.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een sociaal kenmerk van een schoolkind?
A
Het kind is snel afgeleid
B
Het is belangrijk bij de groep te horen
C
Het kind is egocentrisch
D
Het kind toont geen emoties

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Sociale ontwikkeling;
een schoolkind wil graag opvallen in zijn vriendenkring. Het schoolkind is geen volger
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Sociaal- emotionele ontwikkeling
10 tot 12 jaar
         - Peergroups (bv vriendenkring/groep)
          - Pre- puberteit
          - Sociale identiteit (onderzoeken van de mening van de omgeving)
          - Geweten op basis van ‘goed willen zijn’
          - Emoties inschatten
          - Identificatiefiguur: persoon waar kinderen zich mee vergelijken
          - Pesten --> Negatieve invloed op het zelfbeeld, sociaal emotionele ontwikkeling

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat is een adolescent?
A
Is het zelfde als een puber
B
Is een volwassenen
C
Valt nog onder een kind
D
Zit tussen een puber en een volwassenen

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Adolescent (17-22 jaar)
Adolescenten: erg idealistisch. Nog een heel leven voor je.

Allerlei idealen: over de ideale man/ vrouw, het gezinsleven, ambitieuze carrière etc.
 
In de adolescentiefase: erg gericht op vrijheid. Op dit moment
gaat het om jezelf ontdekken en onderscheiden (persoonlijkheid/
ontwikkeling).

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oudere Volwassene
Jong Volwassene
Midden Volwassenen
Vaste relatie en eigen woning
Gezinsleven en levensvragen 'is dit het?'
Minder werken en het lege nest syndroom

Slide 21 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Volwassenheid
De jongvolwassenheid (25-40 jaar)
De midden-volwassenheid (40-55 jaar)
De oudere volwassenheid (55-67 jaar)

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sociale ontwikkeling
Gericht op:

  • Werk
  • Relatie met partner
  • Kinderen krijgen en opvoeden
  • Relatie met eigen ouders
  • Vrienden

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ouderen 67 en ouder

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ouderen (67 jaar en ouder)
Sociaal emotionele ontwikkeling
  • Partnerrelatie na pensioen
  • Overlijden partner
  • Pensioen en vrijwilligerswerk
  • Relatie eigen kinderen en kleinkinderen
  • Verlies naasten - Identiteit oudere; karakter en oud zoals je leeft

Levenslooppsychologie:
De wetenschap die bestudeert hoe iemands leven is verlopen en welke situaties effect hebben gehad op de ontwikkeling. 

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ga naar ANS -> Les 2

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Edition opdracht 6 (inleveren ANS)

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1. Fysieke en motorische ontwikkeling
Concreet gedrag:
Stimuleren van beweging: Verzorgers kunnen activiteiten aanbieden die fysieke activiteit aanmoedigen, zoals sport, dans of spelletjes die beweging vereisen. Dit kan op school of thuis zijn.
Aandacht voor motoriek: Het organiseren van spellen die zowel de grove als fijne motoriek stimuleren, zoals balspelen of knutselen met materialen die de fijne motoriek vereisen.

2. Cognitieve ontwikkeling
Concreet gedrag:
Bewegend leren: In de klas kunnen docenten beweging integreren in de les door bijvoorbeeld sommen te maken waarbij leerlingen moeten springen of rennen, wat helpt bij concentratie en energieniveaus.
Creatieve activiteiten: Aanmoedigen van creatieve spellen die beweging combineren met waarneming zoals een speurtocht, waarbij pubers niet alleen fysiek actief zijn, maar ook moeten nadenken en samenwerken.

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

3. Psychosociale ontwikkeling
Concreet gedrag:
Sociale interactie bevorderen: Activiteiten organiseren waarbij pubers in groepen samenwerken, zoals team sport of groepsprojecten. Dit bevordert zowel de sociale interactie als lichaamsbeweging.
Veiligheid en ondersteuning bieden: Een veilige omgeving creëren waarin pubers zich vrij voelen om nieuwe dingen te proberen, zoals nieuwe sportactiviteiten of andere fysieke bezigheden zonder angst voor afwijzing.

4. Het opbouwen van zelfvertrouwen:
Concreet gedrag:

Complimenten geven: Positieve feedback geven over de inspanningen van de puber tijdens fysieke activiteiten, om het zelfvertrouwen te stimuleren.
Doelen stellen: Pubers helpen om haalbare doelen te stellen voor hun fysieke activiteiten, zoals het lopen van een bepaalde afstand of het deelnemen aan een sporttoernooi, wat hen kan motiveren om actief te blijven.



Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

5. Omgaan met emoties:Concreet gedrag:
Lichaamsbewustzijn en zelfregulatie: Pubers aanmoedigen om te leren omgaan met stress en emoties door middel van lichaamsbeweging, bijvoorbeeld door mindfulness oefeningen of yoga aan te bieden.
Respecteren van grenzen: Pubers leren naar hun lichaam te luisteren en te begrijpen wanneer ze behoefte hebben aan rust versus activiteit.
Door deze gedragingen te implementeren in de opvoeding en omgeving van pubers, kun je een positieve houding ten aanzien van lichaamsbeweging bevorderen.

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Casus 1; negatieve lichaamsbeweging puber
Eetstoornis en Excessieve Lichaamsbeweging
Situatie: Een 16-jarige jongen, Thomas, heeft de laatste maanden zijn eetgewoonten drastisch veranderd. Hij heeft zijn calorie-inname sterk verminderd en brengt dagelijks uren door in de sportschool, waar hij intensief traint. Dit gedrag is het gevolg van een diepgeworteld gevoel van onzekerheid over zijn lichamelijke uiterlijk.
Informatiebelang:
Lichamelijke Gezondheid: Thomas vertoont tekenen van ondergewicht en heeft regelmatig last van ernstige vermoeidheid. Zijn eetstoornis kan leiden tot ernstige gezondheidsrisico's zoals hartproblemen en botontkalking.
Psychische Gezondheid: Hij laat signalen zien van depressie en angst. Dit kan het risico op suïcidaliteit verhogen.
Sociale Impact: Zijn toenemende isolatie van vrienden en familie kan leiden tot verergerde gevoelens van eenzaamheid en schaamte.
Ondersteuning: Het is cruciaal om professionele hulp in te schakelen, zoals een diëtist of psycholoog, om een behandelplan op te stellen dat gericht is op herstel.


Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Casus 2; negatieve lichaamsbeweging puber
Sportblessure door Overbelasting
Situatie: Een 15-jarig meisje, Lisa, is een fervent danseres en traint vaak tot wel vijf keer per week voor optredens. De druk om perfect te presteren heeft Lisa ertoe aangezet om door te gaan met trainen, ondanks aanhoudende pijn in haar knieën en enkels.

Informatiebelang:
Lichamelijke Gezondheid: Lisa heeft een blessure opgelopen die kan leiden tot langdurige schade als ze niet stopt met de intensieve trainingen. Dit kan toekomstige deelname aan dansactiviteiten en haar fysieke welzijn beïnvloeden.
Mentale Gezondheid: De druk om te presteren kan leiden tot prestatieangst en stressgerelateerde problemen.
Herstel en Preventie: Het is belangrijk om te werken aan een evenwichtiger trainingsschema en advies van een fysiotherapeut te volgen om toekomstige blessures te voorkomen.
Communicatie: Duidelijke communicatie met dansdocenten en ouders is essentieel voor het creëren van een ondersteunende omgeving.


Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Casus 3; negatieve lichaamsbeweging puber
Negatieve Lichaamsbeeld door Sociale Media
Situatie: Een 17-jarig meisje, Sophie, heeft het gevoel dat ze niet mooi genoeg is in vergelijking met influencers op sociale media. Dit heeft geleid tot obsessief sporten, waarbij ze dagelijks meer dan twee uur traint en nooit een dag vrijneemt van lichamelijke activiteit.
Informatiebelang:
Lichamelijke Gezondheid: Sophie heeft symptomen van uitputting en kan last hebben van overtraining syndroom, wat ernstige gevolgen voor haar lichamelijke gezondheid en welzijn kan hebben.
Psychische Gezondheid: Haar zelfbeeld en zelfwaardering zijn sterk afhankelijk geworden van de bevestiging die ze zoekt op sociale media, wat kan leiden tot angststoornissen en depressieve klachten.
Sociale Invloeden: De impact van sociale media op jongeren moet worden besproken, zodat ze beter kunnen omgaan met de druk om aan onrealistische schoonheidsnormen te voldoen.
Educatie en Interventie: Het is belangrijk om voorlichting te geven over een gezonde levensstijl en de risico's van vergelijkingen met anderen op sociale media. Een gesprek met een psycholoog kan ook nuttig zijn.



Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 36 - Vidéo

Conformisme, conditioneren
Evalueren les

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerkopdracht
Wanneer les 3 nog niet zelfstandig was voorbereid/doorlopen :


Dit lever je daarvoor via ANS nog in:

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Volgende les

Preventieve aanpak en gezondheidsrisico's 

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions