Spelling H4

Spelling
geheugen opfrissen
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4,5

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Spelling
geheugen opfrissen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoofdletters

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Typ de zin over en zet op de juiste plek hoofdletters.
in de herfst waait de wind vaak vanuit het noordwesten, zei de vlaamse islamitische weerman.

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Meervoudsvorming

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Meervoud van dominee is?
A
dominees
B
dominee's

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Meervoud van café is?
A
cafés
B
café's

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het meervoud van essay is:
A
essays
B
essay's
C
essayen

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het meervoud van lam is:
A
lammen
B
lammeren
C
lameren
D
lampjes

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Liggend streepje

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer gebruik je een liggend streepje in een woord zoals bij auto-ongeluk?
A
in alle woorden die verkeerd kunnen worden gelezen
B
als het woord twee klinkers achter elkaar krijgt
C
in samenstellingen met botsende klinkers

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe schrijf je KPN + medewerker?
A
KPN-medewerker
B
KPN medewerker
C
KPNmedewerker

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe schrijf je 'adjunct + directeur'?
A
adjunctdirecteur
B
adjunct directeur
C
adjunct-directeur

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe schrijf je anti+kraak?
A
anti kraak
B
antikraak
C
anti-kraak

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Trema

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is goed?
A
concïerge
B
conciërge
C
concierge

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is goed?
A
gekopiëerd
B
gekopiërd
C
gekopieerd

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Meervoud van: knie
A
knieën
B
kniën
C
knieeën

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Meervoud van porie
A
poriën
B
porieën
C
pories

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Apostrof

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is FOUT?
A
Naya's fiets (de fiets van Naya)
B
Irem's fiets (de fiets van Irem)
C
Leons fiets (de fiets van Leon)
D
Jelles fiets (de fiets van Jelle)

Slide 20 - Quiz

En: Max' fiets
-n of niet?
- en nog iets -

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke zin is FOUT?
A
Ik heb de foto's gezien. Sommigen zijn prachtig!
B
Sommige foto's zijn niet zo goed gelukt.
C
Sommigen zijn met weinig tevreden.
D
Sommige mensen zijn nooit tevreden.

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions