Herhaling grammatica CH 1

Programme 
- herhaling: avoir, getallen, lidwoorden
- Voorbereiding PO
Buts.
Na deze les kun je:
- zinnen maken met avoir
- tellen t/m 20
- lidwoorden vervangen
- voorbereid voor de toets
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Programme 
- herhaling: avoir, getallen, lidwoorden
- Voorbereiding PO
Buts.
Na deze les kun je:
- zinnen maken met avoir
- tellen t/m 20
- lidwoorden vervangen
- voorbereid voor de toets

Slide 1 - Diapositive

A. 16
B. 6
C.  13
D.  20
E. 14
F. 0
1.  quatorze
2.  vingt
3. six
4.  treize
5.  zéro 
6.  seize  

Slide 2 - Question de remorquage

Les jours de la semaine
woensdag
donderdag
vrijdag
zaterdag
dinsdag
maandag
zondag
mardi
vendredi
mercredi
lundi
samedi
jeudi
dimanche

Slide 3 - Question de remorquage

j'
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
avoir (hebben)
Combineer de juiste vorm van avoir met het goede persoonlijk voornaamwoord
ai
as
a
avons
avez
ont

Slide 4 - Question de remorquage

Maak een zin met het werkwoord avoir
onderwerp - avoir - rest vd zin

Slide 5 - Question ouverte

Combineer
timer
1:00
Goedendag/ Hoi
Ik heet ...
En jij?
Ik ben twaalf jaar
Et toi?
J'ai douze ans
Bonjour / Salut
je m'appelle ...

Slide 6 - Question de remorquage

Welk lidwoord hoort bij een Frans mannelijk zelfstandige naamwoord ?  
Welk lidwoord hoort bij een vrouwelijk Frans zelfstandig naamwoord?
LE
LA
UNE
UN

Slide 7 - Question de remorquage

Koppel het juiste lidwoord aan de juiste omschrijving:
Dit lidwoord gebruik je bij zelfstandig naamwoorden die in het meervoud staan: 
..... livres
Dit lidwoord gebruik je voor zelfstandig naamwoorden die mannelijk zijn: ..... portable
Dit lidwoord gebruik je bij zelfstandig naamwoorden die vrouwelijk zijn: ..... semaine
Dit lidwoord gebruik je bij zelfstandig naamwoorden die beginnen met een klinker of stomme "h": ..... ordinateur
LA
LE
LES
L'

Slide 8 - Question de remorquage

Vervang le / la / l' door un of une
la famille

Slide 9 - Question ouverte

Vervang le / la / l' door un of une
le chat

Slide 10 - Question ouverte

Vervang le / la / l' door un of une
le cousin

Slide 11 - Question ouverte

Vervang le / la / l' door un of une
la cousine

Slide 12 - Question ouverte

Vervang un / une door le / la / l'
une soeur

Slide 13 - Question ouverte

Vervang un / une door le / la / l'
un oncle

Slide 14 - Question ouverte

Zet het woord in het meervoud:
le message

Slide 15 - Question ouverte

Zet het woord in het meervoud:
la semaine

Slide 16 - Question ouverte

bingo
Wat: schrijfopdracht
Hoe: alleen
Tijd: 5 min
Uitkomst: voorbereiding PO
Klaar? Leren : phrases-clés
timer
5:00
Au travail!
Vertel het volgende over jezelf:
- Vertel hoe je heet en hoe oud je bent
- Vertel waar je woont 
- Vertel of je broers/zussen hebt
- Vertel of je een hond/kat/konijn thuis hebt
- Sluit af met: au revoir

Slide 17 - Diapositive

bingo
- zinnen maken met avoir
- tellen t/m 20
- lidwoorden vervangen
- weet je wat je kunt verwachten op de toets
Les buts:

Slide 18 - Diapositive

Vind je dat je de cijfers t/m 20 goed kent?
A
Oui
B
Non
C
Un peu

Slide 19 - Quiz

Schrijf het rijtje van avoir op, begin met j'ai

Slide 20 - Carte mentale

Welke lidwoorden hebben wij in het Frans?
A
le,la,les
B
le,la,les,un
C
le,la,les ,l', un
D
le,la,les ,l', un, une

Slide 21 - Quiz

Waar kan ik jou als docent nog bij helpen?

Slide 22 - Carte mentale