Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 120 min
Éléments de cette leçon
Waar kan je pandrecht op vestigen?
A
Roerende zaken
B
Registergoederen of op vorderingen
C
Niet-registergoederen of op vorderingen
D
Onroerende zaken
Slide 1 - Quiz
Adriaan heeft geld nodig. Hij leent van Bas 2000 euro als zekerheid voor de lening geeft hij Bas zijn dure horloge. Wie is pandhouder en wie is pandgever?