Das Quiz - Runde 5

das Quiz: Sport
10 vragen over sporten in Duitsland. 
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 4-6

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

das Quiz: Sport
10 vragen over sporten in Duitsland. 

Slide 1 - Diapositive

Tussenstand
1. Liang en Bilal 9
2. Linn 8
3. Dariano und Steff 8
4. Ihssane en shirine 5
5. Roxanne 5

Slide 2 - Diapositive

Was bedeutet das Wort "Arschwasser"
timer
0:20
A
dat je diarree hebt
B
dat je zweet tussen je billen
C
dat het water je tot de nek staat
D
dat je in het water bent gevallen

Slide 3 - Quiz

Hoe noemen Duitsers met z'n allen massaal voetbal kijken?
timer
0:20
A
Public viewing
B
Öffentlichkeitsschau
C
Draussenfußball
D
Freiluftsehen

Slide 4 - Quiz

Wat betekenen de Duitse woorden: klarkommen en bellen
timer
0:30
A
eraan komen, en telefoneren
B
klaarkomen en aanbellen
C
iets af hebben en telefoneren
D
overweg kunnen met en blaffen

Slide 5 - Quiz

Wat betekent de uitdrukking: du gehst mir tierisch auf den Keks?
timer
0:20
A
Ik vind je woest aantrekkelijk
B
Je irriteert me mateloos
C
Je bent te afhankelijk van mij
D
Ik word wild van jouw koekje

Slide 6 - Quiz

Was bedeutet das Wort "Ghettofrühstück"
timer
0:20
A
Op nuchtere maag een joint roken
B
Dat je geen ontbijt kan eten omdat je arm bent
C
Ontbijt op bed
D
Je ontbijt jatten bij de supermarkt

Slide 7 - Quiz

Hoe zeg je tegen iemand dat je diegene mist?
timer
0:20
A
Ich verpasse dich
B
Ich misse dich
C
Ich vermisse dich
D
Du fehlst mir

Slide 8 - Quiz

Was bedeutet das Wort "brutal"
timer
0:20
A
breed
B
gewelddadig
C
brutaal
D
de naam van een dal in Zwitserland

Slide 9 - Quiz

Wat noemt de Duitse jeugd "Affensperma"
timer
0:20
A
bananensap
B
sperma van een aap
C
slagroom
D
handzeep

Slide 10 - Quiz

Wie heißt dieses Tier?
A
das Parkiet
B
der Wellensittich
C
der Dschungelvogel
D
der grüne und gelbe Vogel

Slide 11 - Quiz

Was machst du wenn du "Analhusten" hast?
A
Dan moet je heel hard hoesten
B
Dan laat je een boer
C
Dan laat je een scheet
D
Geen idee

Slide 12 - Quiz

Was machst du in den Ferien?
Bleibst du in Käsien?

Slide 13 - Question ouverte

Als je een "Aquaholiker" bent, dan
A
drink je veel alcohol
B
zwem je veel
C
drink je veel water
D
drink je veel

Slide 14 - Quiz