Nieuwsmakers

Nieuwsmakersquiz 
door IKS
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Nieuwsmakersquiz 
door IKS

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Er is een nieuwe leraar op jullie school. Dit is :
A
Internationaal Nieuws
B
Regionaal Nieuws
C
Lokaal Nieuws
D
Hyperlokaal Nieuws

Slide 3 - Quiz

De uitslag van de verkiezingen voor de Tweede kamer zijn net bekend geworden. Dit is :
A
Internationaal Nieuws
B
Nationaal Nieuws
C
Lokaal Nieuws
D
Regionaal Nieuws

Slide 4 - Quiz

Het winkelcentrum in jullie woonplaats moet worden gesloten. Dit is :
A
Lokaal Nieuws
B
Hyperlokaal Nieuws
C
Regionaal Nieuws
D
Nationaal Nieuws

Slide 5 - Quiz

De president van Amerika treedt af. Dit is :
A
Internationaal Nieuws
B
Nationaal Nieuws
C
Regionaal Nieuws
D
Lokaal Nieuws

Slide 6 - Quiz

In de gehele provincie Utrecht worden op uitgaansplekken camera's opgehangen. Dit is :
A
Nationaal Nieuws
B
Internationaal Nieuws
C
Lokaal Nieuws
D
Regionaal Nieuws

Slide 7 - Quiz

Een ingezonden brief van de burgemeester aan de bewoners

In een aflevering van een misdaadprogramma op tv wordt een onderzoek gepubliceerd.
Een betoog waarin de journalist de burger wilt overtuigen van iets.
Een journalist vertelt op het journaal wat er is gebeurd in de wereld.
Een journalist controleert in een interview of afspraken zijn nagekomen door de minister.

Onderzoeksfunctie

spreekbuisfunctie

Informerende functie

Commentaarfunctie

Controlefunctie 

Slide 8 - Question de remorquage

Welke zijn de 5 W's ?
en de H ?

Slide 9 - Carte mentale

Lees meerdere sites of spreek meerdere mensen om goed geïnformeerd te worden.
A
Bronnen controleren
B
Meerdere Bronnen gebruiken
C
Bronbescherming
D
scheiden van meningen en feiten

Slide 10 - Quiz

Sommige bronnen vertellen iets in vertrouwen aan journalisten en willen anoniem blijven
A
Gebruik meerdere bronnen
B
controleren van de bron
C
hoor en wederhoor
D
bronbescherming

Slide 11 - Quiz

Vertel wie, wat, waar, wanneer en hoe iets gebeurd is.
A
scheiden van feiten en meningen
B
Meerdere bronnen gebruiken
C
hoor en wederhoor
D
Zorg voor een zo volledig mogelijk verhaal

Slide 12 - Quiz

Check altijd de feiten die je in je nieuwsitem gebruikt.
A
Scheiden van feiten en meningen
B
Controleren
C
meerdere bronnen gebruiken
D
hoor en wederhoor

Slide 13 - Quiz

Als twee mensen verschillend denken over een onderwerp, laat ze dan allebei aan het woord.
A
scheiden van feiten en meningen
B
zorg voor een zo volledig mogelijk verhaal
C
Hoor en wederhoor
D
controleer de feiten

Slide 14 - Quiz

Vertel in je nieuwsitem duidelijk wat feiten en wat meningen zijn.
A
controleren van feiten
B
bronbescherming
C
meerdere bronnen gebruiken
D
scheiden van feiten en meningen

Slide 15 - Quiz

Een cultureel burger zorgt ervoor dat mensen nadenken over zaken die spelen in de maatschappij. Wie is geen cultureel burger?
A
Theatermaker
B
politicus
C
taxichauffeur
D
kunstenaar

Slide 16 - Quiz

Wanneer heeft een artikel GEEN nieuwswaarde ?
A
Als het net gebeurd is (actueel is)
B
Als het bijzonder nieuws is.
C
Als heel weinig mensen het interessant vinden
D
Als er beelden / foto's beschikbaar zijn.

Slide 17 - Quiz

Wat is een betoog ?
A
een korte tekst in een aparte kolom
B
Een overtuigende tekst met een duidelijke mening
C
een verzameling foto's
D
een videoverslag

Slide 18 - Quiz

Wat is een column ?
A
een korte tekst in een aparte kolom
B
Een overtuigende tekst met een duidelijke mening
C
een verzameling foto's
D
een nieuwsbericht

Slide 19 - Quiz

Wat is een fotoreportage ?
A
een korte tekst in een aparte kolom
B
Een overtuigende tekst met een duidelijke mening
C
een verzameling foto's over een onderwerp
D
een geschreven artikel om de lezer te informeren.

Slide 20 - Quiz

Wat is een nieuwsbericht ?
A
een korte tekst in een aparte kolom
B
Een overtuigende tekst met een duidelijke mening
C
een verzameling foto's
D
een geschreven artikel om de lezer te informeren.

Slide 21 - Quiz

Wat is een nieuwsvideo ?
A
een korte tekst in een aparte kolom
B
Een overtuigende tekst met een duidelijke mening
C
een verzameling foto's
D
een verslag dat een journalist zelf heeft gefilmd

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Vidéo