Donderdag 15-4-2021 havo 3

Paragraaf 35
havo 3
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Paragraaf 35
havo 3

Slide 1 - Diapositive

Deze les
Nakijken: oefening 1 t/m 3 blz. 142 en oefening 5 t/m 8 blz. 144

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Oefening 1:
Welke spreekwoorden
zaten in de tekst?

Slide 4 - Carte mentale

35 Spreekwoorden, zegswijzen en gezegden
2. Je kunt bijvoorbeeld kijken in het Nederlands Spreekwoordenboek (Van Dale), of op internet. Bij een werk als het Spreekwoordenboek heb je de zekerheid dat de informatie klopt. Op het internet vind je ook nieuwe, hedendaagse spreekwoorden.

Slide 5 - Diapositive

35 Spreekwoorden, zegswijzen en gezegden
3a. Afbeelding a: Je ziet een man die gehurkt zit, met onder hem kolen. De man draagt een helm.
Afbeelding b: Je ziet een man die zich in een mand bevindt. De onderkant van de mand is kapot.
Afbeelding c: Je ziet een man die naar een wiel wijst. In het wiel bevindt zich een stok.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Vraag 3a

Slide 8 - Diapositive

Vraag 3b

Slide 9 - Diapositive

Vraag 3c

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

35 Spreekwoorden, zegswijzen en gezegden
5. De gezegden zijn ‘passen en meten’ en ‘aan het einde van het liedje’.

6,  De zegswijzen zijn ‘in hun handjes knijpen’ en ‘flink in de buidel tasten’.

Slide 13 - Diapositive

opdracht 5
Welke gezegden
staan in de tekst?

Slide 14 - Carte mentale

opdracht 6
Welke gezegden
staan in de tekst?

Slide 15 - Carte mentale

Vraag 7
a. De beste stuurlui staan aan wal. – spreekwoord
b. Er is geen koren zonder kaf. – spreekwoord
c. als een warm mes door de boter – gezegde
d. De liefde van de man gaat door de maag. – spreekwoord
e. van a tot z – gezegde
f. zette de puntje op de i - zegswijze

Slide 16 - Diapositive

Vraag 8
a veel geld hebben
b er niet op vooruit gaan
c er geen verstand van hebben
d elkaar tegenwerken
e Er zijn anderen die willen meeprofiteren.
f Als iemand gelukkig is, kan iedereen dat zien. 

Slide 17 - Diapositive

Paragraaf 36 Spelen met taal

Slide 18 - Diapositive

Aan de slag
Lezen blz. 145

Maken oefening 1 t/m 5a blz. 147

Inleveren via Teams of Som

Slide 19 - Diapositive