27-01-2025 - les 2 Spaans - V1

• Spaans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Les 2 - periode 1 - maandag 27 januari 2025

Wat doen & leren we vandaag? 

• We kijken de huiswerkopdrachten na
• We leren de uitspraakregels & doen een luisteroefening
• Korte break
• We leren en oefenen de Spaanse lidwoorden (bepaald/onbepaald)
• Bij voldoende tijd: woordenschat oefenen met Blooket
• We oefenen de 'Frases claves' --> belangrijke zinnen

Antwoorden ejercicio 3

1.b (koning)	6.b (stier)
2.a (Madrid)	7.a (Baskenland)
3.b (Pyreneeen)	8.c (La Marcha Real)
4.b (48 miljoen)	9.a
5.b	10.c

Belangrijke uitspraakregels

c (e,i)	s
c (a,o,u)	k
g (a,o,u)	'goal'
g (i,e)	als een zachte 'g'
h	niet uitspreken

j	als een zachte 'g'
ll	als een 'j'
ñ	'nj'
v	als een b
ch	'tsj'

Woordjes bron A+B: WB blz. 26

¡hola!	hallo!
¿Y tú?	En jij?
bien	goed
no	nee
sí	ja
la piscina	het zwembad
el camping	de camping

me llamo	ik heet
hablas	je spreekt
vamos	we gaan
vas	je gaat
voy	ik ga
es	het/hij/zij is
inglés	Engels

Fuente A (TB, blz. 11)

• We luisteren naar het gesprekje tussen Rico en Bart                      Wat valt jullie op aan de uitspraak?
• Wat vind je raar (klinken)?
• Herken je misschien een woord of zinnetje?
• We lezen het gesprekje nog een keer
• oefening 2b paraat (WB blz. 10)

Ejercicios 2a+b+c (WB blz. 10)

2a: Vul de vragen in

2b: 1a - 2b - 3a - 4b  (check deze antwoorden!!)

3a: Combineer de juiste woorden

3b: Welke Spaanse zinnetjes moet je gebruiken?

Antwoorden 2 + 3

2a:                        1 Je hoort twee jongens praten

                              2 Bart                       3 Hij is Nederlands

3a:                         1c              2e            3a               4f           5b             6d 

3b:                         1 ¿Cómo te llamas?              2 Me llamo Rico  

 

Lidwoorden in het Spaans

bepaald (de/het)	enkelvoud	meervoud
mannelijk	el chico de jongen	los chicos de jongens
vrouwelijk	la chica het meisje	las chicas de meisjes

onbepaald (een)	enkelvoud	meervoud
mannelijk	un pueblo een dorp	unos pueblos enkele dorpen
vrouwelijk	una ciudad een stad	unas ciudades enkele steden

Mannelijk of vrouwelijk?

Mannelijke woorden eindigen vaak op een -o:

- el pueblo (dorp) - el chico (jongen) - el hermano (broer)

Vrouwelijke woorden eindigen vaak op een:

 -a                      --> la casa (het huis) - la hermana - la coca cola

-ión                  --> la estación (station) - la función (functie)

-ad                   --> la ciudad (stad) - la universidad (universiteit)                       

Welk lidwoord past?
.. aeropuerto (=vliegveld)

1. las
2. los
3. el
4. la

Welk lidwoord is juist?

.. piscina (=zwembad)

1. el
2. la
3. los
4. las

Welk lidwoord is juist?

.. libros (=boeken)

1. el
2. la
3. los
4. las

Ejercicio 9a/b + 10a (WB blz. 13/14)

Maak oefening 9a (zet de woorden in de juiste kolom)

Maak oefening 9b (combineer de juiste vertalingen)

Maak oefening 10a (maak meervoud + 

vertaal de woorden)

Check de antwoorden: 9a + 9b

9b: 1d - 2e - 3b - 4h - 5f - 6a - 7g - 8c                      el/la: de/het ...

                                                                                                  un/una: een ...

el	la	los	las
chico	chica	amigos	amigas
camping	piscina	padres
	hermana

Check de antwoorden: 10a

1. el chico	los chicos	de jongens
2. el hijo	los hijos	de kinderen
3. la chica	las chicas	de meisjes
4. el presentador	los presentador es	de presentatoren
5. la ciudad	las ciudad es	de steden
6. el amigo	los amigos	de vrienden
7. la tienda	las tiendas	de tenten

Woordenschat oefenen

play.blooket.com/play

H1: bron A,B,C

'Vacaciones en la playa'

Frases claves - bron E - TB blz. 13

Ieder hoofstuk heeft twee 'blauwe blokken' waarin handige zinnen staan om te leren (en te spreken) 

Deze zinnen zijn belangrijk om te leren!

Je leert hoe de Spaanse zin is opgebouwd, hoe werkwoorden eruit zien én je leert hoe je een kort gesprekje kunt voeren :-)

Los deberes (en Plenda) - ma 3 februari

• L (leren): grammatica --> het lidwoord in het Spaans (bron D)
• LZ (leren): de handige zinnen (bron E: TB blz. 13)
• L (leren): de woordjes SP-NL van bron 1.1 + 1.2 (WB blz. 27)