Les voor live sessie klas 2 C Kader herhaling en oefenen grammatica 9 en 10 Theme 4

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Les live sessie Theme 4 klas 2 C

In deze les ga je voor jezelf herhalen vaststellen wat je nog weet van grammar 9 (blz. 51) en wordt aandacht aan de woorden van hoofdstuk 4 besteed.

Bestudeer bladzijde 51 voordat je aan deze les begint.

Let op: Er is huiswerk (leren en maken) hieronder en aan het einde van deze les. Let op datum!

Opdracht 1: 

• Leer de woorden A tot en met I uit hoofdstuk 4
• Ken deze woorden uiterlijk vrijdag 17 april voor een toets op vrijdag 17 april.
  
• Gebruik Quizlet 
  https://quizlet.com/nl/498206576/klas-2-c-kader-engels-woordenschat-h4-a-tm-i-and-proverbs-and-sayings-flash-cards/
• of WRTS

Opdracht 2 Huiswerk

• Maak uit je werkboek  theme 4 opdracht 1  tot en met 27 (p. 84 tot en met 99)
  
• Inleveren op maandag 20 april 2020.
  

 

Verschil verleden tijd en duurvorm verleden tijd

duurvorm  verleden tijd = was of were + werkwoord + ing

duurvorm tegenwoordige tijd = Am,are of is + werkwoord + ing

REFRESH YOUR MEMORY
Welke werkwoordstijd is:
"She is playing the piano"

1. present simple (tegenwoordige tijd)
2. present continuous (onvoltooid tegenwoordige tijd)
3. past simple (verleden tijd)
4. past continuous (onvoltooid verleden tijd)

REFRESH YOUR MEMORY
Welke werkwoordstijd is:
"She played the piano"

1. present simple
2. present continuous
3. past simple
4. past continuous

REFRESH YOUR MEMORY
Welke werkwoordstijd is:
"She was playing the piano"

1. present simple
2. present continuous
3. past simple
4. past continuous

REFRESH YOUR MEMORY
Welke werkwoordstijd is:
"She plays the piano"

1. present simple
2. present continuous
3. past simple
4. past continuous

Maak van deze zin de duurvorm van de verleden tijd (past continuous):
She walked with the dog

Maak van deze zin de onvoltooid verleden tijd (past continuous):
She played the piano

Hoe maak je nu de duurvorm van de verleden tijd?

Leerdoel

• Je kent de woorden  A t/m I uit hoofdstuk 4 
  

Opdracht 1: 

• Leer de woorden A tot en met I uit hoofdstuk 4
• Ken deze woorden uiterlijk vrijdag 17 april voor een toets op vrijdag 17 april.
  
• Gebruik Quizlet 
  https://quizlet.com/nl/498206576/klas-2-c-kader-engels-woordenschat-h4-a-tm-i-and-proverbs-and-sayings-flash-cards/
• of WRTS

Opdracht 2 Huiswerk

• Maak uit je werkboek  theme 4 opdracht 1  tot en met 27 (p. 84 tot en met 99)
  
• Inleveren op maandag 20 april 2020.