Goedgebekt deel 2 taak 6 t/m 10

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 2

Goedgebekt deel 1 taak 6 t/m 10

1. Wie heeft er nog een PRANGENDE vraag?

1. logische
2. vraag over een ander onderwerp
3. dringende

2. De heer Sprong LAAKT de houding van die kinderen.

1. maakt belachelijk
2. spreekt zijn afkeuring erover uit
3. verbetert

3. Die advocaat werkt soms PRO DEO.

1. met veel plezier
2. alleen op zon- en feestdagen
3. gratis

4. Dat KADAVER is onlangs in het bos gevonden.

1. oude oorlogstuig
2. dode lichaam
3. middeleeuwse zwaard

6. Die leerling begon zonder GÊNE te spreken over haar thuissituatie.

1. gevoel
2. schaamte
3. angst

5. De CONTINUÏTEIT van dat bedrijf komt in gevaar door haar overlijden.

1. voortgang
2. personeelsbezetting
3. ploegendienst

7. Na een vliegtuigongeluk is IDENTIFICATIE vaak moeilijk.

1. het vinden van de oorzaak
2. de schuldvraag
3. de vaststelling wie iemand is

8. Heb jij je PERSONALIA wel volledig ingevuld?

1. voorletters
2. familiegegevens
3. persoonlijke gegevens

9. Wat zijn JOUW initialen?

1. grootste wensen voor de toekomst
2. van alle namen van iemand de eerste letter
3. aantoonbare ervaringen in het bedrijfsleven

10. Het feestje van Amalia zorgt voor veel CONSTERNATIE.

1. ellende
2. opschudding
3. roddel

Iemand in zijn eigen sop gaar laten koken

1. iemand op het goede spoor zetten
2. iemand van top tot teen wassen
3. Zich niet (meer) met iemand bemoeien

Spreken is zilver, zwijgen is goud

1. Spreken is altijd de beste oplossing
2. je mond houden is erg onbeleefd
3. Soms is het verstandig om niets te zeggen

Iets in een oogwenk doen

1. zonder nadenken
2. door alleen te kijken
3. heel snel

We zullen om de tafel gaan zitten

1. een ruzie uitpraten
2. overleggen, vergaderen
3. een borrel drinken

Hij probeert bij iemand in het gevlij te komen

1. in de buurt van iemand willen wonen
2. doen of zeggen wat iemand graag wil
3. naast iemand gaan zitten

's Lands wijs, 's lands eer

1. het volkslied ie het symbool van de eer van het land
2. de geleerden van het land geven het aanzien
3. je moet de bijzondere gewoonten van een land respecteren

Die twee kunnen niet samen door één deur.

1. ze kunnen niet goed samenwerken
2. ze zijn veel te dik
3. ze hebben verschillende bazen

Dat is een open deur intrappen

1. zinloos werk doen
2. iets zeggen wat algemeen bekend is
3. profiteren van de gunstige omstandigheden

Tot grote hilariteit deed prins Claus zijn stropdas af

1. ontzetting
2. algemene verbazing
3. algemeen gelach/ algemene vrolijkheid

Mijn jongste neefje is over het algemeen heel timide

1. agressief
2. verlegen
3. angstig

Die reis van de minister staat ter discussie

1. is in voorbereiding
2. gaat misschien niet door
3. wordt uitgebreid in beeld gebracht

De brandweer adviseert bij het nemen van preventieve maatregelen

1. ter voorkoming van iets
2. dringende
3. strenge

In olie schijn ook clandestien te worden gehandeld.

1. op de beurs
2. in het geheim
3. in kleine kring

Het is allemaal maar suggestie

1. een voorstel
2. een droom
3. verbeelding

Afhankelijk zijn van een donatie

1. gift
2. geld
3. hulp

Zij heeft een aversie tegen 's avonds werken

1. voorkeur (voor)
2. afkeer
3. bezwaar

Die nederlaag ervaren zij als een blamage

1. afgang
2. afkeer
3. verlies

Parijs is een metropool

1. hoofdstad
2. stad met goede voorzieningen
3. wereldstad

Iemand de mond .....

1. openen
2. leggen
3. snoeren

Iemand met gelijke munt .....

1. betalen
2. afmaken
3. schieten
4. inzetten

De spanning is te .....

1. snoeren
2. snijden
3. maken

Zijn hart .....

1. vasthouden
2. inzetten
3. maken

Er geen gras over laten .....

1. schieten
2. snijden
3. groeien

Wat betekent:
het hart op de tong hebben

1. verlegen zijn
2. direct zijn
3. kwaad zijn
4. gevoelig zijn

Tekst