Open vragen stellen (Wie, wat waar, waarom, waardoor, waartoe, hoe, hoeveel), doorvragen mag
interpreteren, oordelen of suggereren niet!
de inbrenger moet zijn eigen kijk op de werkvraag zoveel mogelijk achterwege laten
Het gaat om feiten.
De inbrenger mag zijn eigen gekozen oplossing/aanpak nog niet vertellen
Slide 12 - Diapositive
Analyse (10 min)
De inbrenger ziet toe en luistert, er mogen geen vragen meer worden gesteld aan de inbrenger
De groep bespreekt met elkaar hoe zij de situatie zien, er wordt gediscussieerd over de vraag. (welke oorzaken heeft ieder ontdekt, welke aanleidingen zijn er, hoe is de rol van de probleem inbrenger, hoe zijn de omgevingsfactoren?)
Probeer met de groep tot een paar kernproblemen te komen
De factoren die een rol spelen worden geanalyseerd.
De groepsleden formuleren de kern van het probleem
Slide 13 - Diapositive
Groepsleden schrijven op wat zij zouden doen in de situatie
timer
2:00
Slide 14 - Diapositive
Iedereen leest de eigen oplossing voor, geen commentaar, de inbrenger luistert.
timer
5:00
Slide 15 - Diapositive
Inbrenger vertelt wat zijn/hij gedaan heeft of zich voorgenomen had om te gaan doen.
timer
3:00
Slide 16 - Diapositive
Discussie: reactie van de inbrenger op verschillende benaderingen en bespreken van de verschillende oplossingen.
timer
6:00
Slide 17 - Diapositive
Afronding
Vergelijken van de oplossingen. Alleen positieve feedback! niet oordelen, interpreteren of suggereren.
Heeft de inbrenger behoefte aan een reactie op hoe de intervisie is verlopen?
Is het probleem te verbreden naar andere problemen uit de werksituatie van de deelnemers?
De inbrenger geeft aan hoe hij na alle oplossingen nu zou handelen rondom de werkvraag