M4 Scheikunde H8 Metalen les 2

• Scheikunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Metalen

Lesplanning:
- Terugblik
- Doel
- Nieuwe stof
- Werktijd werkboek

- Werktijd opdrachten
- Afsluiten

Lezing 2

Een mengsel van metalen noem je een .....

1. composiet
2. emulsie
3. gietijzer
4. legering

Een molecuul dat bestaat uit alleen metalen noem je een

1. Zout
2. Metaal
3. Ion
4. Moleculaire stof

21

Je kunt uitleggen wat een legering is en daar voorbeelden van noemen.

L2

Legering

Geen legering

Goud

Messing

Natrium

Brons

Kwik

Soldeer

Doel van de les

Aan het einde van de les kun je rekenen met de reactievergelijkingen van metalen en met de verhouding van legeringen

Verhoudingen

Uit welke metalen een legering bestaat kun je vinden in de BINAS. De verhouding krijg j altijd in de som.

Messing bestaat voor bijvoorbeeld 20% massaprocent uit zink en 80% uit koper. 

Via een verhouding kun je dan de massa's uitrekenen

Een blok messing van 2kg bevat 60% koper. Hoeveel pure koper zit er in het blok?

Een blok brons van 1,5kg bevat 85% koper. Hoeveel pure koper zit er in het blok?

Reactievergelijkingen

Bij reactievergelijkingen reken je niet met percentages maar met de massa in u!

Stel de reactievergelijking op van de corrosie van ijzer tot roest (Fe2O3)

Hoeveel gram aan zuurstof heb je nodig om 55,8 gram ijzer te laten roesten?

Zink corroseert ook. Hoeveel gram zuurstof is er nodig om 10 gram zink te laten corroderen tot zinkoxide?

Massapercentage berekenen

Wanneer je de molecuulformule weet kun je andersom ook het massapercentage berekenen

He gebruikt dan de formule deel:geheelx100%

Wat is het massapercentage aluminium in aluinaarde?

De molecuulformule van aluinaarde is Al₂O₃

In de hoogoven zit 10000 kg ijzeroxide.
Hoeveel kg ijzer kan hieruit gewonnen worden?

De molecuulformule van ijzererts is Fe₃O₄

Wat ga je nu nog doen?

- Eerst even 5 minuten pauze: kies een leuke timer: https://www.online-stopwatch.com/race-timers/ 

Fase 1: Ga aan de slag met met paragraaf 3 en 4. Laat ze aftekenen en kijk ze goed na. 

Fase 2: Ga aan de slag met de werkopdrachten

Fase 3: Alles af én afgetekend? Dan mag je voor jezelf wat doen of anderen helpen.