4 kgt H2.1 Machtsverbanden

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 4

Welkom

Paragraaf 2.1 Machtsverbanden

Voorkennis

Wat weet je al?

Bereken ZONDER rekenmachine:

6 + 12 : 2 x 3 =

1. 8
2. 24
3. 27
4. 36

1. haakjes als eerst wegwerken
daarna van links naar rechts:
2. machtsverheffen en worteltrekken
3. vermenigvuldigen en delen
4. optellen en aftrekken

Reken uit:

25 – 7 x 4 – 3 =

1. haakjes als eerst wegwerken
daarna van links naar rechts:
2. machtsverheffen en worteltrekken
3. vermenigvuldigen en delen
4. optellen en aftrekken

Reken uit:

( 8 : 2² ) x (4 + 5) =

1. haakjes als eerst wegwerken
daarna van links naar rechts:
2. machtsverheffen en worteltrekken
3. vermenigvuldigen en delen
4. optellen en aftrekken

Volgorde van bewerken

Voor de verschillende bewerkingen is de volgende volgorde afgesproken:

1. haakjes altijd als eerst wegwerken
   daarna van links naar rechts:
   
2. machtsverheffen en worteltrekken
3. vermenigvuldigen en delen
4. optellen en aftrekken

Onthoud de ezelsbrug: Hoe Moeten Wij Van Die Onvoldoendes Afkomen?

Lesdoelen

• Je leert wat de kenmerken van een machtsverband zijn
• Je leert een machtsverband te berekenen en tekenen

Uitleg theorie

Machtsverbanden

Inhoud etalagemodel = 20 x vergrotingsfactor³

In de formule staat een macht --> daarom is het een machtsverband.

Bij een formule met een machtsverband kun je een grafiek tekenen.

Deze grafiek noem je een vloeiende kromme.

Teken de grafiek van de formule:

h = 10 + 0,8t2,5          

t = tijd in uren, h = hoogte in meters

Aanpak:

• Maak een tabel en vul verschillende waarden voor t in.
• Teken de punten in een assenstelsel.
• Teken een vloeiende lijn door de punten.

Machtsverband

00:47

Hoe noemen we dit getal samen?

5​4​​

1. Kwadraat
2. Macht
3. Exponent
4. Grondtal

00:52

Het cijfer 5 in deze macht noemen we...?

5​4​​

1. Kwadraat
2. Macht
3. Exponent
4. Grondtal

00:52

Het cijfer 4 in deze macht noemen we...?

5​4​​

1. Kwadraat
2. Macht
3. Exponent
4. Grondtal

Je kan het!

Enkele oefeningen...

Om welk verband gaat het hier?

y=2x​2​​−3x

1. Machtsverband
2. Kwadratisch verband
3. Lineair verband
4. Wortelverband

Wat is de uitkomst van bovenstaand machtsverband?

y=6+5​4​​

1. 26
2. 44
3. 631
4. 2816

Bereken het vermogen als v = 8

vermogen (Watt) = 60v3

Huiswerk

Maak in deze les:

 

4kM: Opgave 1 t/m opgave 9   

Bladzijde 68.   

4kA: Opgave 1 t/m opgave 9

Bladzijde 82. 

  Succes!

Wat heb je geleerd van deze les?

Wat vind je nog moeilijk aan deze les?

Tot ziens iedereen