werkwoorden week 14

werkwoorden week 14
blz 46 en 47 in je werkboek
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsBasisschoolGroep 5

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

werkwoorden week 14
blz 46 en 47 in je werkboek

Slide 1 - Diapositive

Hoe vind je de persoonsvorm?

Slide 2 - Question ouverte

Wat is de persoonsvorm in deze zin?
Ik ga op vakantie naar Frankrijk.

Slide 3 - Question ouverte

Wat is de persoonsvorm in deze zin?
Yin gooit met vier dobbelstenen.

Slide 4 - Question ouverte

Is het woord tussen de streepjes de persoonsvorm in deze zin?
Wij -spelen- vaak spelletjes.
A
ja
B
nee

Slide 5 - Quiz

Is het woord tussen de streepjes de persoonsvorm in deze zin?
Ik kan goed tegen mijn -verlies-.
A
ja
B
nee

Slide 6 - Quiz

Is het woord tussen de streepjes de persoonsvorm in deze zin?
De -kinderen- gooien met een bal.
A
ja
B
nee

Slide 7 - Quiz

Maak nu blz. 46 in je werkboek.
Klaar? Werkwoordpaard

Slide 8 - Diapositive

Wie of wat doet iets in deze zin?
Ik speel een spel.
(wie speelt een spel?)

Slide 9 - Question ouverte

Wie of wat doet iets in deze zin?
Ik ken een leuk spel.
(wie kent een leuk spel?)

Slide 10 - Question ouverte

Wie of wat doet iets in deze zin?
Beide spelers gooien tegelijk hun dobbelsteen.

Slide 11 - Question ouverte

Maken blz. 47
We bekijken eerst samen de opdrachten.
Klaar? Werkwoordpaard

Slide 12 - Diapositive