MH2 H1 Verbranding en ademhaling bs 2 verbranding SKD

Thema 1 Verbranding en Ademhaling
Bs 2 verbranding 
1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Thema 1 Verbranding en Ademhaling
Bs 2 verbranding 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorkennisopdracht fotosynthese...

4 minuten de tijd. 
Maak een tekening van een plant waarbij alle  benodigde producten en eindproducten van fotosynthese doormiddel van pijlen zichtbaar zijn.


timer
1:00

Slide 2 - Diapositive

Zie voorkennisopdracht fotosynthese. 
Fotosynthese

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

water + A + energie → B + zuurstof
Welk woord ontbreekt bij A
A
Koolstofdioxide
B
Zuurstof
C
Glucose
D
Pizza

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

water + A + energie → B + zuurstof
Welk woord ontbreekt bij B
A
Koolstofdioxide
B
Zuurstof
C
Glucose
D
Pizza

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De reactievergelijking van fotosynthese


water + koolstofdioxide + energie → glucose + zuurstof

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
- Je kunt het verband beschrijven tussen verbranding in je lichaam en lichamelijke inspanning
- Je weet dat voor verbranding zuurstof nodig is en dat koolstofdioxide ontstaat. 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zuurstof 
Voor verbranding heb je zuurstof nodig.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbranding 
Bij verbranding komt energie vrij die gebruikt kan worden. 


Energie kan vrij komen in de vorm van warmte, licht en beweging.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbrandinsproducten 
De stoffen die ontstaan bij het proces van verbranding, dit zijn:
  • Water 
  • Koolstofdioxide 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Formule 
Verbranding kun je samenvatten met een formule.
Brandstof + zuurstof --> water + koolstofdioxide + energie
(brandstof) (verbrandingsproducten) 


Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reactieschema 
Auto:
Benzine + zuurstof --> water + koolstofdioxide + energie
(brandstof) (verbrandingsproducten) (warmte + beweging)

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reactieschema 
  • Kaars:
  • Kaarsvet + zuurstof --> water + koolstofdioxide + energie
  • (brandstof) (verbrandingsproducten) (warmte + licht)

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zit het bij 'de kaars'?
Hoe zit het bij lichaamscellen? Hoe ziet het reactieschema van het verbrandingsproces er dan uit?
Belangrijk te weten: In elke lichaamscel vinden processen plaats, daarvoor is energie nodig.
Er vindt in elke lichaamscel verbranding plaats. Daarvoor is wat nodig en daarbij komt wat vrij.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbranding in cellen.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afbraak
-Glucose wordt afgebroken om energie vrij te maken
-De afbraak gebeurd in de mitochondriën


Mitochondriën zijn celorganellen die voorkomen in zowel plantaardige als dierlijke cellen.
mitochondriën = energiefabriekjes

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reactieschema 
  • Kaars:
  • Kaarsvet + zuurstof --> water + koolstofdioxide + energie
  • (brandstof) (verbrandingsproducten) (warmte + licht)

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reactieschema 
  • Lichaam:
  • Glucose + zuurstof --> water + koolstofdioxide + energie
  • (brandstof) (verbrandingsproducten) (lichaamstemperatuur + beweging)

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbranding
Zuurstof + Brandstof --> Koolstofdioxide + Water + Energie

Bij organismen:
Brandstof --> Glucose
Energie --> Warmte, beweging, groei, genezing

Zuurstof + Glucose--> Koolstofdioxide + Water + Energie

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbranding: Dit weet/snap je!

Reactieschema van het verbrandingsproces:

Algemeen:  
Brandstof      +    zuurstof    -->     water    +    koolstofdioxide      +      energie
(brandstof)                                      (verbrandingsproducten)                 
                                                                                                                 
Auto:
Benzine      +      zuurstof     -->     water    +    koolstofdioxide      +      energie
(brandstof)                                        (verbrandingsproducten)               (warmte + beweging)

Kaars:
Kaarsvet      +     zuurstof     -->     water     +   koolstofdioxide      +     energie
(brandstof)                                      (verbrandingsproducten)                (warmte + licht)

Lichaam:
Glucose      +       zuurstof   -->      water + koolstofdioxide           +      energie
(brandstof)                                      (verbrandingsproducten)                (lichaamstemperatuur + beweging)
Alle processen in je cellen vragen energie

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbranding in een lichaamscel: 
In welke afbeelding zie je verbrandingsproducten?
Verbrandingsproduct
Verbrandingsproduct

Slide 23 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Proefje: Indicator
Met kalkwater kan je koolstofdioxide aantonen.
Kalkwater is de indicator om koolstofdioxide aan te tonen.

- Blaas rustig door het rietje, wat gebeurd er?
- Wat heb je met dit proefje bewezen?

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Indicator 
Indicator is een stof waarmee de aanwezige van een andere 
stof  aangetoond kan worden 




Helder Kalkwater 
Troebe; 

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbrandingsreactie van verbranding in elke cel van het lichaam:


.......1........ + zuurstof ==> ……………2………….. + …………3…….……….. + …………4…………
(verbrandingsproducten)

A
1: water 4: energie
B
1: koolstofdioxide 4: water
C
1: glucose 4: energie
D
1: glucose 2: water

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbranding in het lichaam
- Meer inspanning
- Meer verbranding
- Dieper ademhalen
- Warmer 

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Inspanning 
Door een toenemende inspanning heeft het lichaam meer energie nodig  

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbranding in je lichaam:
vindt plaats in iedere lichaamscel
Nodig
voor
verbranding
glucose  +  zuurstof  --> energie + koolstofdioxide + water
= bloedsuiker
= brandstof
verbrandingsproducten
- komt vrij
- nodig:
    - om warm te blijven
    - om te kunnen bewegen
Reactieschema:
adem je uit

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verbranding en inspanning
  • Hoe meer lichamelijke inspanning, hoe meer energie er nodig is.
  • Hoe meer energie er nodig is, hoe meer verbranding en nodig is.
  • Hoe meer verbranding er nodig is, hoe meer zuurstof er nodig is.

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is nodig voor verbranding?
A
Glucose
B
Glucose en koolstofdioxide
C
Energie en glucose
D
Glucose en zuurstof

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat komt vrij bij verbranding?
A
Water, koolstofdioxide en energie
B
Water, zuurstof en energie
C
Water en energie
D
Warmte en energie

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat valt er op? 

Slide 34 - Diapositive

Op het bord worden twee formules getekend. Wat valt op?

Leerdoelen behaald?
- Je kunt het verband beschrijven tussen verbranding in je lichaam en lichamelijke inspanning
- Je weet dat voor verbranding zuurstof nodig is en dat koolstofdioxide ontstaat. 

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In hoeverre begrijpen jullie de lesstof?
010

Slide 36 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Testje...

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gebeurt er niet bij de fotosynthese?
A
Afbraak van glucose
B
Afbraak van koolstofdioxide
C
Aanmaak van zuurstof
D
Aanmaak van glucose

Slide 38 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar haalt een plant de energie vandaan voor de fotosynthese?
A
Uit de bladgroenkorrels
B
Uit glucose
C
Uit de bodem
D
Uit zonlicht

Slide 39 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke gebeurt er in de mitochondriën?
A
Energie wordt afgebroken
B
Bladgroenkorrels maken zuurstof
C
Er wordt glucose gemaakt
D
Er wordt energie aangemaakt

Slide 40 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet de afbraak van glucose?
A
Fotosynthese
B
Ademhaling
C
Verbranding
D
Vertering

Slide 41 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke brandstof gebruiken mensen bij de verbranding?
A
Bladgroenkorrels
B
Mitochondriën
C
Water
D
Glucose

Slide 42 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer vindt er verbranding plaats in plantaardige cellen
A
Nooit
B
Alleen overdag
C
Alleen 's nachts
D
Overdag en 's nachts

Slide 43 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer vindt de meeste verbranding plaats?
A
Als je actief bent
B
Als je net gegeten hebt
C
Als je slaapt
D
Als je net wakker bent

Slide 44 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In welke organismen vindt verbranding plaats?
A
Alleen in planten
B
Alleen in dieren
C
In planten en dieren
D
Niet in planten en niet in dieren

Slide 45 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In welke organismen vindt fotosynthese plaats?
A
Alleen in planten
B
Alleen in dieren
C
In planten en dieren
D
Niet in planten en niet in dieren

Slide 46 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 47 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 48 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions