Daltonuur

• schei
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Wat is de formule om de molaire massa uit te rekenen?

1. m = M / n
2. M = m / n
3. M = m x n
4. m = M x n

Molaire massa (herhaling)

M = m / n

M = Molaire massa in gram/mol

m = massa in gram

n = aantal mol stof

Het periodiek systeem

De molaire massa kun je ook in het periodiek systeem vinden.

Wat is de molaire massa van zwavel?

1. 32,06 gram
2. 32 gram / mol
3. 16 gram / mol
4. 32,06 gram / mol

Wat betekend het getal links boven in elk vakje?

1. Dat is het aantal neutronen
2. Dat is het atoomnummer
3. Dat is het aantal mol
4. Dat is de molaire massa

Bekijk het vakje van Boor (B)

• 5 is het atoomnummer en dit is ook het aantal protonen
• B is het symbool van Boor
• 10,81 is de molaire massa in   gram / mol
• Als je 10,81 af rond op een geheel getal 11, dan heb je het massagetal.

Het atoomnummer en massagetal heb je nodig bij mol berekeningen. Is deze uitspraak goed of fout?

1. Goed
2. Fout
3. Dat kun je zo niet zeggen

Bereken de molaire massa van de stof in de afbeelding:

Was deze vraag moeilijk of makkelijk?

Moeilijk Ik snap er echt niets van!

Makkelijk,

Niet moeilijk maar ook niet makkelijk, ik oefen dit graag nog meer.

Mol uitrekenen

Vaak krijg je de massa in gram of kilogrammen, in paragraaf 3 gaan we met de reactievergelijking via mol rekenen. Dan moeten we eerst de massa omrekenen naar mol.

Bereken hoeveel mol 34,8 gram zuurstof is.

Deze vraag :

Was makkelijk en lukt goed

Ik maakte de fout met zuurstof, die had ik niet x 2

Was moeilijk, ik wist niet hoe ik de formule moest omschrijven of welke formule ik moest gebruiken

Molverhouding

De molverhouding kun je aflezen aan de grote getallen in de reactievergelijking.

De molverhouding tussen zuurstof en koolstofdioxide is:

3 : 2

Dat betekend dat 3 deeltjes zuurstof altijd 2 deeltjes koolstofdioxide leveren in deze reactie.

Wat is de molverhouding tussen water en koolstofdioxide?

1. Water : koolstofdioxide = 3 : 2
2. Water : koolstofdioxide = 2 : 3
3. Water : koolstofdioxide = 3 : 3
4. Water : koolstofdioxide = 1 : 3

Molverhouding I
Pb3O4 : HCl = .......

1. 3 : 4
2. 7 : 8
3. 1 : 8
4. 7 : 2

Molverhouding II
O2 : MgO = .......

1. 1 : 1
2. 2 : 1
3. 1 : 2

Molverhouding IV
V : CaO = .......

1. 5 : 5
2. 2 : 5
3. 5 : 2
4. 1 : 2

Rekenen met de molverhouding

Molverhouding II

Mg : O2 = 2 : 1

We hebben 3,2 mol Mg bereken hoeveel mol O2 er dan nodig is voor de reactie.

Mol O2 = mol Mg / 2 x 1

mol O2 = 3,2 / 2 x 1 = 1,6 mol

Bereken het aantal mol van de gevraagde stof via de molverhouding

1. Bereken aantal mol H2O ontstaat als ook 7,6 mol PbCl2 ontstaat.
2. Bereken aantal mol zuurstof dat nodig is voor het ontstaan van 2,40 mol MgO
3. Bereken hoeveel mol Zn nodig is voor 12,18 mol Cu
4. Bereken hoeveel mol Ca nodig is voor het ontstaan van 6 mol V. 

Bereken aantal mol H2O ontstaat als ook 7,6 mol PbCl2 ontstaat.

Molverhouding 

7,6 / 3 x 4 = 10,13 mol

PbCl2	H2O
3	4
7,6	????

Bereken aantal mol zuurstof dat nodig is voor het ontstaan van 2,40 mol MgO

Molverhouding

2,40 / 2 x 1 = 1,2 mol

MgO	O2
2	1
2,40	????

Bereken hoeveel mol Zn nodig is voor 12,18 mol Cu

Molverhouding

12,18 / 1 x 1 = 12,18 mol

Cu	Zn
1	1
12,18	???

Bereken hoeveel mol Ca nodig is voor het ontstaan van 6 mol V. 

Molverhouding

6 / 2 x 5 = 15 mol

V	Ca
2	5
6	????

Welke belangrijke woorden (vaktermen) heb je vandaag voorbij horen komen?