Basisstof 2, bestuiving

Donderdag 14 mei, 8.30 uur, h1b
1. Aanwezigheidscontrole + hw-controle
2. MO basisstof 1
3. Uitleg basisstof 2, bestuiving
4. Aan het werk met het huiswerk


HW voor dinsdag 19 mei, 12.00 uur:
Lezen basisstof 2, blz. 171 + 172 + Maken opd. 1 t/m 8 van basisstof 2
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Donderdag 14 mei, 8.30 uur, h1b
1. Aanwezigheidscontrole + hw-controle
2. MO basisstof 1
3. Uitleg basisstof 2, bestuiving
4. Aan het werk met het huiswerk


HW voor dinsdag 19 mei, 12.00 uur:
Lezen basisstof 2, blz. 171 + 172 + Maken opd. 1 t/m 8 van basisstof 2

Slide 1 - Diapositive

MO basisstof 1

Slide 2 - Diapositive

Waar worden de stuifmeelkorrels gemaakt?
A
In de helmknoppen
B
In de stempel
C
In de helmdraden
D
In het vruchtbeginsel

Slide 3 - Quiz

kelkblad
stamper
meeldraad
kroonblad

Slide 4 - Question de remorquage

De stempel is een onderdeel van...
A
De meeldraden
B
De stamper
C
De bloemkelk
D
De kroonbladeren

Slide 5 - Quiz

Sommige bloemen hebben geen meeldraden. Zijn deze bloemen mannelijk of vrouwelijk?
A
Mannelijk
B
Vrouwelijk

Slide 6 - Quiz

Hoe heten de mannelijke geslachtscellen van een bloem?

Slide 7 - Question ouverte

Basisstof 2: Bestuiving!

Slide 8 - Diapositive

Bestuiving
Bestuiving is het overbrengen van een stuifmeelkorrel van een meeldraad, op de stempel van een bloem van dezelfde soort. 

Slide 9 - Diapositive

  • Zelfbestuiving; wanneer stuifmeelkorrels terecht komen op bloemen van dezelfde plant.
  • Kruisbestuiving; wanneer stuifmeelkorrels terecht komen op bloemen van een andere plant van dezelfde soort. 

Slide 10 - Diapositive

Bestuiving door dieren

Slide 11 - Diapositive

Bestuiving door de wind

Slide 12 - Diapositive

Wat valt je op aan de
vorige twee slides?

Slide 13 - Carte mentale

Uiterlijke verschillen insectenbloem en windbloem

Slide 14 - Diapositive

Verschil insectenbloem en windbloem
1. Grote, opvallende gekleurde kroonbladeren                1. Klein en onopvallend gekleurd (meestal groen)
2. Ruiken lekker                                                                        2. Geen speciale geur
3. Nectar (zoetstof) om dieren mee te lokken                 3. Geen nectar
4. Stuifmeel is kleverig                                                          4. Stuifmeel is licht en glad
5. Helmknoppen zitten in de bloem                                  5. Helmknoppen hangen vaak buiten de bloem
6. Maken niet zo veel stuifmeelkorrels                              6. Maken heel veel stuifmeelkorrels
7. Stempels zijn niet veervormig                                         7. De stempels zijn veervormig

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo