Les 9 - Oefenles -

Planning
1. Spullen erbij, gebed
0-10
2. Quiz
10-15
3. Maken toetsvoorbereiding 3.5
15-40
5. Klassikaal bespreken lastige vragen
40-55

1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 55 min

Éléments de cette leçon

Planning
1. Spullen erbij, gebed
0-10
2. Quiz
10-15
3. Maken toetsvoorbereiding 3.5
15-40
5. Klassikaal bespreken lastige vragen
40-55

Slide 1 - Diapositive

Wie koos het volk van de Romeinse Republiek elk jaar?
A
Twee koningen
B
Een president
C
Twee consuls
D
Een burgemeester

Slide 2 - Quiz

Wat deden de consuls van de Romeinse Republiek?
A
Zij leidden de senaat en voerden de besluiten van de senatoren uit.
B
Zij voerden oorlog.
C
Zij bestuurden het Romeinse Rijk.
D
Zij leidden de senaat en lieten de senatoren besluiten uitvoeren.

Slide 3 - Quiz

Uiteindelijk zou Rome uitgroeien tot een wereldrijk, hoe werd dit wereldrijk genoemd?
A
Het Romeinse Rijk
B
Het Romaanse Rijk
C
Europa
D
Het Imperium Romanum

Slide 4 - Quiz

Wie koos het volk van de Romeinse Republiek elk jaar?
A
Twee koningen
B
Een president
C
Twee consuls
D
Een burgemeester

Slide 5 - Quiz

Waarom werd Caesar uiteindelijk vermoord door de senatoren?
A
De senatoren vonden Caesar niet aardig.
B
De senatoren waren bang dat Caesar koning wilde worden.
C
Caesar had een sterk leger
D
De senatoren wilden zelf de macht hebben.

Slide 6 - Quiz

Wat werd Octavianus/Augustus nadat hij de burgeroorlog had gewonnen?
A
Dictator
B
De eerste keizer van het Romeinse Rijk.
C
De eerste koning van het Romeinse Rijk
D
Consul

Slide 7 - Quiz

Wat bouwden de Romeinen langs de Limes?
A
Griekse beelden
B
Thermen en gewone huizen.
C
Wachttorens, forten en legerplaatsen.
D
Kastelen

Slide 8 - Quiz

Wat is een agrarisch-stedelijke samenleving?
A
Een samenleving waarin de meeste mensen in de steden leven en een klein aantal in de steden.
B
Een samenleving waarin de meeste mensen op het platteland leven en een klein aantal in de steden.
C
Een samenleving waarin mensen alleen van de landbouw leven.
D
Een samenleving met grote villa's en rijke grootgronfbezitters.

Slide 9 - Quiz

Door wie lieten rijke grootgrondbezitters graan, druiven en olijven op hun landgoed verbouwen?
A
Door boeren.
B
Door slaven.
C
Dit deden ze zelf.
D
Door hun kinderen.

Slide 10 - Quiz

Hoe wordt het ook wel genoemd als veel volken rondtrekken?
A
Grote Volksverhuizing
B
Germaanse Verhuizing
C
Rooftochten
D
Vlucht tochten

Slide 11 - Quiz

Moeilijke vragen toetsvoorbereiding bespreken
3.1: 1, 2, 3, 5
3.2: 7, 8, 9
3.3: 10

Slide 12 - Diapositive

Gebruikte begrippen
Stadstaat: Stad met omliggend land
Republiek: Land zonder koning/met een president
Monarchie: Land met een koning
Democratie: :Land bestuurd door het volk
Volksvertegenwoordigers: Mensen die namens het volk spreken
Dictator: Alleenheerser. Moet rust herstellen.
Pax Romana: De vrede die Romeinen brachten in gebieden die zij veroverden
Germania Inferior: De Romeinse naam van Nederland en omliggende gebieden
Limes: Grenzen van het Romeinse Rijk
Bataven: Een Germaanse (Duitse) stam die in opstand kwam tegen de Romeinen.

Slide 13 - Diapositive

Werk in je toetsvoorbereiding
1) Eerste 5 minuten in stilte
2) Daarna 5 minuten fluisteren
3) Nu mag je praten

Maak een notitie van de vragen uit de toetsvoorbereiding die je het moeilijkste vond. Die kunnen we dan later in de les bespreken.
timer
5:00

Slide 14 - Diapositive