Voorlezen

Voorlezen
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Voorlezen

Slide 1 - Diapositive

Welk boek ken je
nog vanuit jouw kindertijd?

Slide 2 - Carte mentale

Wat maakt voorlezen aantrekkelijk?
  • Bedenk in tweetallen 4 tips waarvan jullie vinden dat ze belangrijk zijn bij voorlezen.
    Schrijf deze op.

  • Wat maakt voorlezen aantrekkelijk?
    Bespreek dit klassikaal.

Slide 3 - Diapositive

Wat is interactief voorlezen?
Voor elke leeftijd en ontwikkelingsfase!

Doel van interactief voorlezen is:
  • vergroten van taalvaardigheid (woordenschat, leesvaardigheid, verhaalstructuur, zinsbouw)
  • vergroten van leesplezier

Slide 4 - Diapositive

Interactief voorlezen

Slide 5 - Diapositive

Interactief voorlezen
"Interactief voorlezen stimuleert het begrijpend luisteren. Het is een werkwijze waarbij een (kinder)boek herhaald wordt voorgelezen, onderbroken door vragen. De leerkracht stimuleert door interactie met de kinderen het verhaalbegrip, maar ook de taalvaardigheid en de woordenschat"
bron: (Doorslaer, v. E, 2010. Interactief voorlezen)

Slide 6 - Diapositive

Vragen bij video
Je gaat zo een video bekijken waarin wordt uitgelegd hoe je interactief kunt voorlezen.

Schrijf de tips die de vrouw geeft tijdens de video op op een blaadje.

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Tips
Welke tips heb je opgeschreven?
Bespreek ze met de rest van de klas!

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Welke tips past deze juf toe tijdens het voorlezen?

Slide 11 - Question ouverte

Wat zag je aan de reacties van de kinderen?

Slide 12 - Question ouverte

Wat is volgens jou het grote verschil tussen 'gewoon' voorlezen en interactief voorlezen?

Slide 13 - Question ouverte

Slide 14 - Diapositive

Opdracht
Ga naar de bibliotheek en zoek 4 boeken uit, die passen bij 4 verschillende ontwikkelingsfases. (baby, peuter, kleuter, schoolkind)

Maak hiervan een foto.
Schrijf de titel en de schrijver op.

Slide 15 - Diapositive

N.a.v. de boeken beantwoord de volgende vragen:
1. Welke 4 boeken heb je gekozen?
2. Waarom heb je voor deze boeken gekozen?
3. Beschrijf per boek bij welke ontwikkelingsfase het boek hoort en leg uit waarom.
4. Wat is het onderwerp van het boek? Vertel kort waar het boek over gaat.

Slide 16 - Diapositive