H6 oefenvragen
1 / 16
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Wat is een glaciaal?
A
vriestijd
B
tussenijstijd
C
ijstijd
D
holoceen
Slide 3 - Quiz
Tijdens een ijstijd viel de meeste neerslag als
A
regen
B
hagel
C
sneeuw
D
Rijp
Slide 4 - Quiz
Wat voor rivier zie je op de foto op de achter grond?
A
meander
B
vlechtende
C
kronkel
D
kanaal
Slide 5 - Quiz
Is de vorm van de rivier kenmerkend voor een regenrivier of een gletsjerrivier?
A
regen
B
gletsjer
C
geen van beide
D
beide
Slide 6 - Quiz
In welke tijd leven wij nu?
A
Pleistoceen
B
Interglaciaal
C
Holoceen
D
Glaciaal
Slide 7 - Quiz
De op een na laatste ijstijd noemen we...
A
Pleistoceen
B
Holoceen
C
Saalien
D
Weichsel-ijstijd
Slide 8 - Quiz
De laatste ijstijd noemen we...
A
Pleistoceen
B
Holoceen
C
Saalien
D
Weichsel-ijstijd
Slide 9 - Quiz
Tijdens de Saale-ijstijd bereikte landijs Nederland. Waar kwam dat ijs vandaan?
A
Duitsland
B
Frankrijk
C
Scandinavië
D
Uit de grond
Slide 10 - Quiz
Tijdens de Saale-ijstijd bereikte landijs Nederland. Waar kwam dat ijs vandaan?
A
Duitsland
B
Frankrijk
C
Scandinavië
D
Uit de grond
Slide 11 - Quiz
Het ijs bereikte nederland en drukte de aarde omhoog, zo ontstonden heuvels. Hoe heten die heuvels
A
Puinwaaier
B
ijsheuvels
C
Wadplaat
D
Stuwwallen
Slide 12 - Quiz
De Weichsel-ijstijd is de laatste ijstijd. Tijdens de Weichsel-Ijstijd...
A
Kwam het landijs niet tot Nederland
B
Kwam het landijs wel tot Nederland
Slide 13 - Quiz
Tijdens de Weichsel-ijstijd...
A
Lag de zeebodem van de noordzee droog
B
was de noordzee vol met water
Slide 14 - Quiz
Omdat de noordzee droog lag kon de wind het zand op de kale zandbodem (bodem van de zee) wegblazen. Zo is dit land neergekomen op plekken in Nederland. Dit zand heet...
A
Keileem
B
Modder
C
Dekzand
D
Löss
