(3havo/vwo) H6 sporen uit de ijstijd paragraaf 2

Planning:
  • Introductie
  • Uitleg: paragraaf 2 H5
  • maken opdracht 1,2,3,5,6,8,9
  • nabespreken paragraaf 2
  • afsluiting
aan het einde van de les kan/weet je:
  • In welke tijdvak waren de ijstijden?
  • Wat is het verschil tussen een glaciaal en een interglaciaal?
  • Hoe weten we dat er ijstijden zijn geweest?
  • In welke ijstijd lag Nederland gedeeltelijk onder het ijs?
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Planning:
  • Introductie
  • Uitleg: paragraaf 2 H5
  • maken opdracht 1,2,3,5,6,8,9
  • nabespreken paragraaf 2
  • afsluiting
aan het einde van de les kan/weet je:
  • In welke tijdvak waren de ijstijden?
  • Wat is het verschil tussen een glaciaal en een interglaciaal?
  • Hoe weten we dat er ijstijden zijn geweest?
  • In welke ijstijd lag Nederland gedeeltelijk onder het ijs?

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

uitleg/aantekeningen

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ijstijd op de kaart

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geologische tijdschaal
  • Geschatte ouderdom van de aarde is 4,5 miljard.

  • Verdeling in tijdperken, perioden en tijdvakken.

  • We leven nu in het de periode: Kwartair, tijdvak: Holoceen.
Nu
4,5 mi
geleden

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Pleistoceen
Geologisch tijdvak vanaf:
2,5 miljoen jaar tot 12.000 jaar geleden          Pleistoceen.

Het Pleistoceen had meer dan 20 ijstijden:
  • koude perioden: ijstijden (glacialen)
  • warme perioden: tussenijstijd (interglaciaal)
Laatste drie ijstijden
Els
glaciaal

interglaciaal
glaciaal

interglaciaal
glaciaal

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Boren in het ijs

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Data uit het ijskernen

Is er een overeenkomst tussen CO2 en Temperatuur?

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tijdens ijstijd
  • Steenkoud: alleen in de zomer boven nul.
  • Meeste neerslag valt als sneeuw.

  • Meer landijs         lagere zeespiegel waar door de Noordzee droog valt.

  • Gletsjers Scandinavië breiden uit tot Nederland.
 
  • De ijskap is 2.5 tot 3 km dik

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ijstijden in Nederland(1)
Een na laatste ijstijd - 150.000 jaar geleden.

Het landijs uit Scandinavië schoof tot over de over de helft van Nederland, tot de HUN-lijn            Haarlem - Utrecht - Nijmegen.

Deze ijstijd noemen we de Saale ijstijd

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ijstijden in Nederland(2)
Tijdens de meeste ijstijden bleef Nederland ‘ijsvrij’. 

Landijs soms wel dicht in de buurt.  
Er heerste een poolwoestijn  
          toendralandschap.

In de laatste ijstijd, 20.000 jaar geleden, was dit het geval.
Deze ijstijd noemen we de Weichsel ijstijd.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afzettingen tijdens het Pleistoceen

  • Zand en grind

  • Keileem 

  • Stuwwallen

  • Dekzand en löss

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ontstaan van zand en grind
In Pleistoceen speelden rivieren een hoofdrol. 
De voorlopers van de Rijn en de Maas stroomden richting het huidige Waddengebied. 

Zomer: brede rivier,  voerden veel smeltwater af.
Winter: valt de rivier bijna droog alles is bevroren. 

Er waren dus grote schommelingen in de waterafvoer             regiem.

Die rivier nam een groot gebied in beslag, en overal liet het water zand en grind achter, waardoor een brede puinwaaier ontstond. 

Puinwaaier
Vlechtende rivieren
In het vlakke land raakten de beddingen verstopt, en het snelstromende water zocht steeds een nieuwe uitweg in vele ondiepe waterlopen. Van bovenaf leek de rivier wel een vlechtwerk van draden en touwen, vandaar de naam vlechtende rivier

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ontstaan van Keileem
Saale-ijstijd fase 1 (voorlaatste ijstijd)
Landijs vanuit Scandinavië nam onderweg zand, klei en stenen mee. 

Onder het gewicht van het ijs werd het verpulverd en vermengd met zand en grind van de rivieren           keileem. 

Keileemkoppen
Keileem opgeduwd door het landijs tot heuvel. 

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ontstaan van Stuwwallen
Saale-ijstijd fase 2 (voorlaatste ijstijd): Landijs  rukte verder op naar het midden van NL.

Het ijs was niet in een rechte lijn, maar met 'ijstongen'

Deze ijstongen duwden rivierzand en -grind opzij en maakte er heuvels van. 

Je ziet ze tegenwoordig nog!
Tongbekken (dal)
Stuwwal (heuvel)

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stuwwallen

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stuwwal (heuvel)
Ijstong
Wanneer de ijstong weggesmolten is, blijft er een tongbekken(dal) achter

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stuwwal landschap

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ontstaan van dekzand en löss
Weichselien-ijstijd (laatste ijstijd)  
Geen landijs,  er heerste een Poolwoestijn in Nederland. 

De Noordzee was droog (Doggersland). 

Dekzand- en löss landschap is ontstaan door de wind die het zand en löss meenamen en op de hogere delen van NL blies.

Löss (heel fijn zand) landschap in Zuid-Limburg
Dekzand landschap in het oosten van NL

Slide 19 - Diapositive

De rest van Nederland was poolwoestijn met zand. De wind verplaatste het zand over verschillende gebieden. Hierdoor kwam Orvelte ook onder een dikke laag zand te liggen. Dit is wat we nog steeds terug vinden in Orvelte. 
Dekzand/Löss landschap

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

zelfstandig werken
lezen paragraaf 2 H5 sporen uit de ijstijd
maken opdracht 1,2,3,5,6,8,9
gebruik hierbij:
  • tekstboek blz. 90/91
  • werkboek blz. 26/27
stoplicht: Rood = stil lezen en werken. Oranje = fluisteren als je wilt overleggen. Groen = normaal praat niveau met werken
timer
1:00

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

herhalen/nabespreken

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In welke geologische periode
leven we nu?
A
tertiair
B
kwartair

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het Pleistoceen en wat heeft dat met glacialen te maken?
A
Het Pleistoceen is een geologisch tijdperk met alleen warme tijden
B
Het Pleistoceen startte 10.000 jaar geleden tot nu met ijstijden
C
Het Pleistoceen is een interglaciaal van 200.000 jaar geleden
D
Het Pleistoceen is een geologisch tijdperk met glacialen

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet de namen op de goede plek
Saalien
Weichselien

Slide 26 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

vandaag heb ik geleerd:

Slide 27 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

vandaag vind ik nog moeilijk:

Slide 28 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions