Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Starttaal 2F Leerwerkboek A
PRÉ ENTREE
Slide 1 - Diapositive
Les organisatie
Ligt je boek klaar?
Heb je een pen bij de hand?
Slide 2 - Diapositive
Leerdoelen vorige les
Aan het einde van deze les:
Weet je wat communiceren inhoudt
Weet je wat non-verbale communicatie is
Weet je wat verbale communicatie is
Slide 3 - Diapositive
Leerdoelen deze les
aan het einde van deze les weet je:
- Wat een spreekdoel is
- Wanneer je formele of informele taal gebruikt
- Heb je geoefend met het feedbackformulier spreken
Slide 4 - Diapositive
5.2 Spreekdoel en spreekpubliek
Blz. 91 Theorie 3: Spreken voor publiek
Spreken voor publiek doe je altijd met een spreekdoel. Je wilt het publiek informeren, instrueren of overtuigen.
Wanneer je spreekt, moet je rekening houden met het publiek. Dit doe je door je af te vragen welk soort taalgebruik het beste past bij het publiek: formeel en informeel.
Ook moet je inschatten in hoeverre het publiek beschikt over bepaalde voorkennis.
Slide 5 - Diapositive
Opdracht 5
Situatie:
"Tijdens een basketbalwedstrijd raakt je vriendin zodanig geblesseerd dat ze naar de spoedeisende hulp moet. Jij gaat met haar mee. Ze heeft veel pijn en de arts vraagt jou wat er is gebeurd en welke eerste hulp is verleend. Je legt de arts uit hoe je vriendin geblesseerd is geraakt. Ook vertel je welke eerste hulp ze heeft gekregen"
Slide 6 - Diapositive
Feedbackformulier spreken blz. 93
Slide 7 - Diapositive
Opdracht 6
Situatie:
"Je doet mee aan de landelijke finale van een discussiewedstrijd voor mbo-studenten. Eén van de discussies gaat over de volgende stelling: 'Het is niet terecht dat een werkgever loon moet doorbetalen als een werknemer door een sportblessure niet kon werken.' Tijdens de discussie geef jij je standpunt en een argument."