Les 4: Afscheidsfase en meer

Gastvrijebediening
Theorie
 

Periode 4 - les 4 - Mevrouw Olyslagers 
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
BedieningMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Gastvrijebediening
Theorie
 

Periode 4 - les 4 - Mevrouw Olyslagers 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze les:

Afrondende werkzaamheden 
HACCP
Checklist 
Gevaren

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afrondende werkzaamheden
 


Werkzaamheden die ervoor zorgen dat het restaurant 
start klaar wordt achtergelaten voor de volgende dag

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opruimen van dienst- en gastenruimten
Opruimen van dienst- en gastenruimten

Om besmetting van voedsel te voorkomen worden deze werkzaamheden uitgevoerd.

Checklijst
Opmaken van de kassa en afdragen van de omzet
Opmaken van de kassa en afdragen van de omzet

Administratie

Belastingsdienst

"Kas moeten afdragen" Verantwoording van geinde gelden
Overdragen van lopende zaken
Overdragen van lopende zaken

Bijbestellen van producten, zoals drank


Afsluiten van het bedrijf
Afsluiten van het bedrijf
  • Kaarsen uit?
  • Gasfornuis uit?
  • Apperaten uitgeschakeld?
  • Lichten uit?
  • Bedrijf afsluiten: alarm erop?

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef twee voorbeelden van afrondende werkzaamheden

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Schoonmaakplan 
Het schoonmaakplan bevat:
Object
Welk object moeten worden schoongemaakt
Object
Hoe en waarmee een object moeten worden schoongemaakt

Waarmee = schoonmaakproduct/ materiaal
Object
Hoe vaak een object moeten worden schoongemaakt

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schoonmaken en HACCP 
Alle ruimten schoonmaken
Alle ruimten schoonmaken

Welke zijn dit?
Aandachtspunten!
Aandachtspunten!

  • Schone en vuile oppervlakten niet met elkaar in aanmerking laten komen
  • Opslaan op een schone plek van apperatuur en materialen 
  • Afval verwijderen en waar kan scheiden

 
Apperatuur en materialen schoonmaken
Apperatuur en materialen schoonmaken

Welke apperaten en materialen maken we schoon?

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schoonmaakplan

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke gevaren zijn er als je
niet goed schoonmaakt?

Slide 10 - Question ouverte

Gasten kunnen ziek worden
Gasten komen niet meer terug
Controle NVWA

Slide 11 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Bijna toetsweek: wat weet jij nog?

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Toetsstof
Sterk alcoholische dranken: gedestilleerd
Cocktails, mocktails en longdrinks
Afscheidsfase: aftersales, recensies, klachten en kasafdracht
Voorraadbeheer
Menukennis 

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke drie ingrediënten heb je nodig om spirits te kunnen produceren?   ​
A
Gist​, mout​ en water
B
Gist​, druiven​ en water
C
Gist​, suiker​ en water
D
Gist​, vruchten​ en water

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een gast wil de rekening graag op een later tijdstip betalen en vraagt of de rekening opgestuurd mag worden.


A
Creditcard
B
Debiteur
C
Crediteur Representatie
D
Roomcharge

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarvoor gebruik je een muddler?

A
Om de cocktail te zeven
B
Om fruit of kruiden mee fijn te stampen
C
Om de cocktail te roeren
D
Om de maat te nemen van de ingrediënten

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Weekformulier hygiëne:
de temperatuur van kip moet bij ontvangst tussen de
A
0 en 7 graden Celsius zijn
B
0 en 4 graden Celsius zijn
C
-15 graden Celsius, bij voorkeur -18 graden Celsius
D
0 en 10 graden Celsius zijn

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar zijn wodka, whisky en gin van gemaakt?

A
Graan
B
Vruchten
C
Mout
D
Druivendraf

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke dranken kun je maken van appels?

A
Passoa en Apfelkorn
B
Apfelkorn en Aperol
C
Amorette en Apfelkorn
D
Apfelkorn en Calvados

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het kenmerk van een ‘all – day cocktail’?

A
De cocktail bevat veel vruchtensappen
B
De cocktail is droog en licht gezoet van smaak
C
De cocktail is droog van smaak De cocktail is niet droog en niet zoet van smaak
D
De cocktail is zoet van smaak

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke dranken behoren tot de groep van binnenlands gedistilleerde dranken?

A
Jenever, vieux en brandewijn
B
Whisky, wodka en rum
C
Port, Sherry en Vermouth
D
Gin, jenever en cognac

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een andere woord
voor distilleren is?​
A
Vinificatie
B
Stoken
C
Branden
D
Brouwen

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met welk attribuut kun je de dranken precies afmeten?

A
Shaker
B
Jigger
C
Barspoon
D
Strainer

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Voor het maken van een likeur laat men sinaasappelschillen trekken in alcohol. Hoe heet deze techniek?
A
Distilleren
B
Percoleren
C
Macereren
D
Koude weg methode

Slide 24 - Quiz

Percoleren – Esprit loopt door de smaakmakers heen - koffie zetten

Marcereren of infuseren – De smaakmakers worden in het esprit gehangen en het geheel laat men trekken - Thee zetten

Koude weg methode – Smaakmakers worden als extract aan esprit toegevoegd -  Ranja maken
Bij welke techniek wordt de cocktail in laagjes opgebouwd?

A
Building
B
Stirring Stirring
C
Churring
D
Shaking

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk product moet je als eerste opslaan?

A
Zak verse tomaten
B
Bak Hollandse garnalen
C
Blik olijven
D
Bevroren aardbeien

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een longdrink?
A
Mix van 3 ingrediënten, hiervan zijn er 2 vloeibaar en minstens 1 alcoholische drank
B
Mix van 3 ingrediënten, hiervan zijn er 2 vloeibaar en een alcoholische vervanger
C
Een grote hoeveelheid frisdrank met een kleinere hoeveelheid sterke drank
D
Een cocktail met alleen vruchtensap

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarvoor zorgt suikersiroop in een cocktail of mocktail?
A
Om de zure aspecten niet te laten overheersen
B
Om de cocktail of mocktail zoeter te maken
C
Om het aantal ingrediënten te halen, anders mag het geen cocktail of mocktail heten
D
Om de zure aspecten wel te laten overheersen

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het doel van aftersales is.........

A
Tevreden gasten aan het einde van de avond
B
Behouden van gasten
C
Opbouwen van relaties met de gasten
D
Zorgt voor positieve mond-tot-reclame

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions