osmose en diffusie

3.3 celmembranen en transport
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

3.3 celmembranen en transport

Slide 1 - Diapositive

Endocytose en exocytose

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Diffusie
opgeloste stof gaat van HOGE concentratie naar LAGE concentratie

Dit kost geen energie = passief transport

Slide 4 - Diapositive

De diffusiesnelheid is afhankelijk van:

  • Diffusieoppervlak 
  • Diffusieafstand 
  • Concentratie- of drukverschil 
  • Temperatuur
  • Medium

Slide 5 - Diapositive

Bouw van membraan

Slide 6 - Diapositive

Hydrofoob en hydrofiel
Hydro = water
Hydrofiel = “houdt van water”
Molecuul dat wel oplost in water

Hydrofoob = “bang voor water”
Molecuul dat niet oplost in water

Deel a is hydrofiel
Deel b is hydrofoob


Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Dus: transport van stoffen van een hoge concentratie naar een lage concenratie kost geen energie (passief) en transport van stoffen van een hoge naar een lage concentratie kost wel energie (actief)

Slide 10 - Diapositive

Osmose
water gaat van LAGE concentratie naar HOGE concentratie

Dit kost geen energie = passief transport

Slide 11 - Diapositive

Lagere osmostische waarde =


Hogere osmostische waarde =

Dezelfde osmostische waarde =
isotoon

Slide 12 - Diapositive

Wat is het verschil tussen osmose en diffusie?

Slide 13 - Question ouverte

Noteer het verschil tussen endo- en exocytose.

Slide 14 - Question ouverte

Bepaalde witte bloedcellen beschermen het lichaam door middel van fagocytose, een vorm van endocytose, waarbij een deel van het celmembraan ziekteverwekkers omsluit en opneemt in het cytoplasma. Vervolgens breken enzymen uit de lysosomen de ziekteverwekkers af. ‘Fago’ betekent ‘eten’. Licht toe of dit een juiste naam is voor deze activiteit van de witte bloedcellen.

Slide 15 - Question ouverte

Je ademt in waardoor er gaswisseling plaatsvind in de longblaasjes. Leg met behulp van diffusie uit hoe gaswisseling plaatsvind.

Slide 16 - Question ouverte

Pieter wil een mooi grasveld. Hij strooit kunstmest om het flink te laten groeien. ‘Niet te veel,’ waarschuwt Esther, ‘anders verbrandt het gras en gaat het dood.’ Licht toe dat het gras doodgaat bij overbemesting.

Slide 17 - Question ouverte