Spelling blok 6 week 2 les 5

• Spelling
• Basisschool
• Groep 5,6

In welke tijd staat de zin?
Hij besluit de groente te eten.

1. Tegenwoordige tijd
2. Verleden tijd
3. Voltooide tijd
4. bijvoegelijke tijd

In welke tijd staat deze zin?
Ik heb de kat uit de boom gered.

1. Tegenwoordige tijd
2. Verleden tijd
3. Voltooide tijd
4. Etenstijd

Welk woord is 'heb' in deze zin?
Ik heb mijn tanden gepoetst.

1. lidwoord
2. Hulpwerkwoord
3. Voltooid deelwoord
4. zelfstandig naamwoord

Welk woord is 'vriendelijke' in deze zin?
Ik lach naar de vriendelijke man.

1. Werkwoord
2. Lidwoord
3. Zelfstandig naamwoord
4. Bijvoeglijk naamwoord

Woorden van het lucht versje

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op:

Schrijf op: