6.4 Duurzaam leven M3B

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

6.4 Duurzaam Leven

Vandaag

Terugblik 6.3

Paragraaf 6.4 

Nu en huiswerk

-Lees 6.3 goed door.

-Maak bij 6.3 de opdrachten 5, 6, 8, 10, 11, 12, 15

-Stel vragen!

 

Maak nu 17, 18 en 20.

Klaar? Lees 192, 193 en 194 

Vandaag

-Terugblik 6.3 

-Uitleg 6.4

-Zelf aan het werk met 6.4 

-Afronden

Terugblik 6.3

-Je kunt uitleggen welk effect bemesting op de omgeving heeft en hoe je dit tegen kunt gaan.

-Je kunt uitleggen welke invloed gewasbeschermingsmiddelen op de omgeving hebben en hoe je dit tegen kunt gaan. 

Maak bij 6.3 de opdrachten 9, 11, 13, 15, 17, 18 en 20

(bespreken met nectar.nl) 

nos.nl

Leerdoelen 6.4

-Je kunt voorbeelden van duurzame keuzes geven

-Je kunt maatregelen noemen om 

---de voedselproductie duurzamer te maken

---het broeikaseffect te verminderen. 

--- luchtvervuiling te verminderen

-Je kunt uitleggen waarom milieubewust handelen belangrijk is.

Wat vind jij???

Lekker van je tonijn genieten

Duurzaam zijn en tonijn niet eten

Wat betekent volgens jou 'duurzaam'?

Duurzaamheid

'Duurzaamheid is de mate waarin een samenleving in staat is in haar eigen behoeften te voorzien zonder toekomstige generaties de kans te ontnemen in hun behoeften te voorzien'.

Er zijn meerdere manieren waarop je duurzaam om kunt gaan met je omgeving:

1. Duurzaam energiegebruik
2. Duurzaam eten
3. Duurzaam grondstoffengebruik (recyclen)

Duurzaamheid in het nieuws

In tweetal zoek je een nieuwsbericht (zie opdracht).

Je gaat over 10 minuten je nieuws uitwisselen met een ander duo. 

Duurzaamheid in het nieuws

Welk nieuwsbericht vonden jullie het meest opmerkelijk / verrassend? 

Zelf duurzaam eten

1. Kies voor biologische producten
2. Milieubewust vlees eten (vooral kip of een dagje minder)
   
3. Insecten eten
   

(blz 193 - 196)

Nu 

-Paragraaf 6.4: Maak vraag 4, 5, 9, 10, 11, 13, 14, 19, 20

14, 19, 20 deze vragen nog maken in de laatste les

Vermindering broeikaseffect

Door minder fossiele brandstoffen te gebruiken!

1. Minder elektriciteit (bijv. licht uit, zuinigere apparaten)
2. Duurzame energie gebruiken (elektrische auto's, windenergie, zonne-energie, biobrandstrof)
   

Biobrandstof: biodiesel of biogas

Nu 

-Paragraaf 6.4: Maak vraag 4, 5, 9, 10, 11, 13, 14, 19, 20

6.4 Duurzaam Leven

Laatste les

Vandaag

-Afronden 6.4

-Toetsweek leren....

Huiswerk was:

-Paragraaf 6.4: Maak vraag 4, 5, 9, 10, 11, 13

Rekenvaardigheden horen bij biologie

Denk tijdens de toetsweek aan je rekenmachine! 

Zelf duurzaam eten

1. Kies voor biologische producten
2. Milieubewust vlees eten (vooral kip of een dagje minder)
   
3. Insecten eten
   

(blz 193 - 196)

Vermindering broeikaseffect

Door minder fossiele brandstoffen te gebruiken!

1. Minder elektriciteit (bijv. licht uit, zuinigere apparaten)
2. Duurzame energie gebruiken (elektrische auto's, windenergie, zonne-energie, biobrandstrof)
   

Biobrandstof: biodiesel of biogas

Nu:

-Paragraaf 6.4: Maak vraag 14, 19, 20

Kahoot H5

https://create.kahoot.it/details/c58fb48d-8236-43df-b25c-4beccb19241a

Tips voor het leren

-Lees de paragrafen. Leer de begrippen en de bronnen.

-Bekijk in je werkboek wat je goed en minder goed hebt gedaan. Zo weet je aan welke onderwerpen je extra aandacht moet besteden.

-Oefen met extra opdrachten om te weten of je alles goed kent:

      Via nectar online een oefentoets maken

      In je werkboek ‘test-jezelf’ maken

      In nectar online ‘examenvragen’ maken.

      Via biologiepagina.nl oefenopdrachten maken (of uitleg opzoeken).  

Wat kan jij doen om duurzamer te leven?

Welke van onderstaande brandstoffen is geen fossiele brandstof?

1. Aardolie
2. Bio-ethanol
3. Steenkool
4. Gas

Verzuring van het milieu wordt vooral veroorzaakt door gassen zoals ammoniak, stikstofoxide en zwaveldioxide.
Welk van deze afvalgassen is voornamelijk afkomstig uit de veeteelt?

1. Ammoniak
2. Stikstofoxide
3. Zwaveldioxide

Bij verbranding van bijvoorbeeld benzine in een auto ontstaat koolstofdioxide.
Welk nadeel levert de uitstoot van te veel koolstofdioxide op langere termijn op?

1. Een toename van de hoeveelheid koolstofdioxide veroorzaakt accumulatie in de voedselketen.
2. Een toename van de hoeveelheid koolstofdioxide veroorzaakt overbemesting van de bodem.
3. Een toename van de hoeveelheid koolstofdioxide versterkt het broeikaseffect.