Steen 1506 Specerijen uit het Verre Oosten

• Begrijpend lezen
• Basisschool
• Groep 5

Specerijen uit het Verre Oosten

Wat gaan we leren? 

Leesdoel: je oefent met verwijswoorden

Leerdoel: je leert over de specerijen uit het Verre Oosten

Wat is een verwijswoord? 

Wie kent er een verwijswoord?

Wie kan een verwijswoord gebruiken in een zin?

Is er een hulpje wat we kunnen gebruiken?

Korte herhaling 

* waar hebben we het over gehad?

* Filmpje over VOC / specerijen (klokhuis)

Verwijswoorden zoeken 

Kleur de volgende woorden in je tekst (in de inleiding). Doe dit met een licht kleurtje. De woorden tussen haakjes zijn de woorden die erna komen in de zin.

Ze (geven)

Het (zijn)

Ze (terug)

Hun (schip)

Waar verwijst de eerste 'ze' naar?

1. smaakje
2. kruiden
3. peper en kaneel
4. lekker

Waar verwijst 'het' naar?

1. voorbeelden
2. specerijen
3. couscous en peperkoek
4. planten

Waar verwijst de tweede 'ze' naar?

1. handelaren
2. negen maanden
3. Verre Oosten
4. specerijen

Waar verwijst 'hun' naar?

1. schip
2. ruim
3. heerlijke specerijen
4. handelaren

Zoeken in het stukje tekst over peper 

Er zitten verwijswoorden in dit stukje tekst. Zoek er minimaal twee met je buurman of buurvrouw en onderstreep ze.

Gevonden? 

De verwijswoorden zijn:

Het (gedroogde)

Ze (zwart)

Ze (zo)

Waar verwijst 'het' naar?

1. gedroogde besjes
2. peperkorrels
3. rood
4. besjes

Waar verwijst de eerste 'ze' naar?

1. rood
2. geplukt
3. specerijen
4. besjes

Waar verwijst de tweede 'ze' naar?

1. kruiden
2. specerijen
3. peper
4. duur

Denkvragen 

* leerkracht modelt de eerste denkvraag (zie volgende dia)

Denkvragen

* De tweede denkvraag (mijn ideeën) doe je samen met de leerkracht