Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 120 min
Éléments de cette leçon
financieel
les 1
Slide 1 - Diapositive
lesplanning
les 2 = 5 januari
les 3 = 12 januari
les 4 = 19 januari
les 5 = 26 januari
Examen = 26 januari?
Slide 2 - Diapositive
leerdoelen
Herhalen van de lesstof van vorige keer
De studenten kennen het boeken van financiële feiten
Slide 3 - Diapositive
Wat is inventariseren?
Slide 4 - Question ouverte
Geef een omschrijving van vaste activa?
Slide 5 - Question ouverte
Geef drie voorbeelden van vaste activa?
Slide 6 - Question ouverte
Geef een omschrijving van vlottende activa?
Slide 7 - Question ouverte
Noem vier vlottende activa?
Slide 8 - Question ouverte
Wat staat er aan de credit zijde van de balans?
Slide 9 - Question ouverte
Geef een voorbeeld van vreemd vermogen lang?
Slide 10 - Question ouverte
Geef twee voorbeelden van vreemd vermogen kort?
Slide 11 - Question ouverte
Waarom moet een balans in evenwicht zijn?
Slide 12 - Question ouverte
Welke vijf verschillende balansen moet je kennen?
Slide 13 - Question ouverte
Huiswerk voor 5 januari
Maak een eigen begrippenlijst met minimaal 40 begrippen uit het E-book financieel.
inleveren in teams voor 5 januari.
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Het boeken van financiële feiten
omdat niet elk financieel feit op de balans komt te staan gebruik je het (digitale) grootboek. In het grootboek zitten verschillende grootboekrekeningen waarop je dan alles boekt.
Slide 16 - Diapositive
Welke grootboekrekeningen zijn er?
Slide 17 - Question ouverte
Opdracht
Maak een lijst met alle grootboekrekeningen die je als ondernemer gaat gebruiken?
10 minuten in tweetallen, daarna weer terug.
Slide 18 - Diapositive
Hoe boek je financiële feiten?
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Het boeken van fin, feiten
We gaan oefenen met het boeken van de financiële feiten
Slide 22 - Diapositive
Je koopt en nieuwe bureaustoel en betaald deze contant?
Slide 23 - Question ouverte
Je verkoopt voor 150 euro aan goederen op rekening?
Slide 24 - Question ouverte
Bij je leverancier koop je voor 1500 euro goederen op rekening?
Slide 25 - Question ouverte
Je haalt voor Prive-doeleinden 150 euro uit de kassa?
Slide 26 - Question ouverte
De weekomzet is 1500 euro en de inkoopwaarde 1000 euro, hoe boek je dit in?
Slide 27 - Question ouverte
Opdracht
Maak allemaal de oefentoets,
schrijf 1 vraag op die je fout hebt.
Over 20 minuten terug en bespreken we de opdrachten.